Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. ontkiemen:


Niederländisch

Detailübersetzungen für ontkiemen (Niederländisch) ins Schwedisch

ontkiemen:

ontkiemen Verb (ontkiem, ontkiemt, ontkiemde, ontkiemden, ontkiemd)

  1. ontkiemen (uit de kiem te voorschijn komen; kiemen)
    komma ur frö
    • komma ur frö Verb (kommer ur frö, komm ur frö, kommit ur frö)

Konjugationen für ontkiemen:

o.t.t.
  1. ontkiem
  2. ontkiemt
  3. ontkiemt
  4. ontkiemen
  5. ontkiemen
  6. ontkiemen
o.v.t.
  1. ontkiemde
  2. ontkiemde
  3. ontkiemde
  4. ontkiemden
  5. ontkiemden
  6. ontkiemden
v.t.t.
  1. ben ontkiemd
  2. bent ontkiemd
  3. is ontkiemd
  4. zijn ontkiemd
  5. zijn ontkiemd
  6. zijn ontkiemd
v.v.t.
  1. was ontkiemd
  2. was ontkiemd
  3. was ontkiemd
  4. waren ontkiemd
  5. waren ontkiemd
  6. waren ontkiemd
o.t.t.t.
  1. zal ontkiemen
  2. zult ontkiemen
  3. zal ontkiemen
  4. zullen ontkiemen
  5. zullen ontkiemen
  6. zullen ontkiemen
o.v.t.t.
  1. zou ontkiemen
  2. zou ontkiemen
  3. zou ontkiemen
  4. zouden ontkiemen
  5. zouden ontkiemen
  6. zouden ontkiemen
diversen
  1. ontkiem!
  2. ontkiemt!
  3. ontkiemd
  4. ontkiemend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für ontkiemen:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
komma ur frö kiemen; ontkiemen; uit de kiem te voorschijn komen