Übersicht


Niederländisch

Detailübersetzungen für kruipen (Niederländisch) ins Französisch

kruipen:

kruipen Verb (kruip, kruipt, kroop, kropen, gekropen)

  1. kruipen (sluipen)
  2. kruipen (stroop om de mond smeren; vleien; flikflooien; flatteren; vlemen)
    flatter; manier la brosse à reluire; marcher à quatre pattes; flagorner; ramper
    • flatter Verb (flatte, flattes, flattons, flattez, )
    • flagorner Verb (flagorne, flagornes, flagornons, flagornez, )
    • ramper Verb (rampe, rampes, rampons, rampez, )
  3. kruipen (krioelen; wemelen)
    fourmiller; grouiller
    • fourmiller Verb (fourmille, fourmilles, fourmillons, fourmillez, )
    • grouiller Verb (grouille, grouilles, grouillons, grouillez, )
  4. kruipen (onderdanig zijn)
  5. kruipen
    ramper
    • ramper Verb (rampe, rampes, rampons, rampez, )

Konjugationen für kruipen:

o.t.t.
  1. kruip
  2. kruipt
  3. kruipt
  4. kruipen
  5. kruipen
  6. kruipen
o.v.t.
  1. kroop
  2. kroop
  3. kroop
  4. kropen
  5. kropen
  6. kropen
v.t.t.
  1. heb gekropen
  2. hebt gekropen
  3. heeft gekropen
  4. hebben gekropen
  5. hebben gekropen
  6. hebben gekropen
v.v.t.
  1. had gekropen
  2. had gekropen
  3. had gekropen
  4. hadden gekropen
  5. hadden gekropen
  6. hadden gekropen
o.t.t.t.
  1. zal kruipen
  2. zult kruipen
  3. zal kruipen
  4. zullen kruipen
  5. zullen kruipen
  6. zullen kruipen
o.v.t.t.
  1. zou kruipen
  2. zou kruipen
  3. zou kruipen
  4. zouden kruipen
  5. zouden kruipen
  6. zouden kruipen
en verder
  1. ben gekropen
  2. bent gekropen
  3. is gekropen
  4. zijn gekropen
  5. zijn gekropen
  6. zijn gekropen
diversen
  1. kruip!
  2. kruipt!
  3. gekropen
  4. kruipend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für kruipen:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
flagorner flatteren; flikflooien; kruipen; stroop om de mond smeren; vleien; vlemen flemen; flikflooien
flatter flatteren; flikflooien; kruipen; stroop om de mond smeren; vleien; vlemen flatteren; flemen; flikflooien; goed staan; knuffelen; liefkozen
fourmiller krioelen; kruipen; wemelen wemelen; wriemelen
grouiller krioelen; kruipen; wemelen knisperen; ritselen; wemelen; wriemelen
manier la brosse à reluire flatteren; flikflooien; kruipen; stroop om de mond smeren; vleien; vlemen
marcher à pas de loup kruipen; sluipen
marcher à quatre pattes flatteren; flikflooien; kruipen; stroop om de mond smeren; vleien; vlemen
ramper flatteren; flikflooien; kruipen; stroop om de mond smeren; vleien; vlemen bekruipen; het gevoel krijgen; schuifelen; zich langzaam voortbewegen
se couler kruipen; sluipen
se faufiler kruipen; sluipen
se glisser kruipen; sluipen
être soumis kruipen; onderdanig zijn

Antonyme für "kruipen":


Verwandte Definitionen für "kruipen":

  1. je als mens op handen en voeten verplaatsen1
    • het kind kruipt naar de bank1
  2. langzaam voorbijgaan1
    • de uren kruipen1

Wiktionary Übersetzungen für kruipen:

kruipen
verb
  1. Traductions à trier suivant le sens

Cross Translation:
FromToVia
kruipen ramper crawl — to move along the ground
kruipen ramper creep — grow across a surface rather than upwards

Verwandte Übersetzungen für kruipen