Niederländisch
Detailübersetzungen für verkroppen (Niederländisch) ins Französisch
verkroppen:
-
verkroppen (verbijten)
avaler; digérer-
avaler Verb (avale, avales, avalons, avalez, avalent, avalais, avalait, avalions, avaliez, avalaient, avalai, avalas, avala, avalâmes, avalâtes, avalèrent, avalerai, avaleras, avalera, avalerons, avalerez, avaleront)
-
digérer Verb (digère, digères, digérons, digérez, digèrent, digérais, digérait, digérions, digériez, digéraient, digérai, digéras, digéra, digérâmes, digérâtes, digérèrent, digérerai, digéreras, digérera, digérerons, digérerez, digéreront)
-
Konjugationen für verkroppen:
o.t.t.
- verkrop
- verkropt
- verkropt
- verkroppen
- verkroppen
- verkroppen
o.v.t.
- verkropte
- verkropte
- verkropte
- verkropten
- verkropten
- verkropten
v.t.t.
- heb verkropt
- hebt verkropt
- heeft verkropt
- hebben verkropt
- hebben verkropt
- hebben verkropt
v.v.t.
- had verkropt
- had verkropt
- had verkropt
- hadden verkropt
- hadden verkropt
- hadden verkropt
o.t.t.t.
- zal verkroppen
- zult verkroppen
- zal verkroppen
- zullen verkroppen
- zullen verkroppen
- zullen verkroppen
o.v.t.t.
- zou verkroppen
- zou verkroppen
- zou verkroppen
- zouden verkroppen
- zouden verkroppen
- zouden verkroppen
diversen
- verkrop!
- verkropt!
- verkropt
- verkroppend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Übersetzung Matrix für verkroppen:
Verb | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
avaler | verbijten; verkroppen | absorberen; borrelen; doorslikken; drinken; inmaken; inpekelen; inslikken; inzouten; nuttigen; ophebben; opnemen; oppeuzelen; opvreten; opzouten; slikken; verschalken; verslinden; verzwelgen; wegslikken; welgevallen; zuipen |
digérer | verbijten; verkroppen | doorjagen; opmaken; opvreten; uitgeven voor een maaltijd; verbruiken; verorberen; verslinden; verteren |