Übersicht
Niederländisch nach Französisch: mehr Daten
- gezagvoerders:
- gezagvoerder:
-
Wiktionary:
- gezagvoerder → capitaine
Niederländisch
Detailübersetzungen für gezagvoerders (Niederländisch) ins Französisch
gezagvoerders:
-
de gezagvoerders
Übersetzung Matrix für gezagvoerders:
Noun | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
capitaines | gezagvoerders | bazen; chefs; kapiteins; kopstukken; scheepsgezagvoerders; scheepskapiteins; schippers |
chefs | gezagvoerders | aanvoerders; bazen; chefs; hoofdmannen; kapiteins; kopmannen; kopstukken; leiders; leidsmannen; opperhoofden; scheepsgezagvoerders; scheepskapiteins; schippers; voormannen |
commadants | gezagvoerders | |
leaders | gezagvoerders | bazen; chefs; hoofdmannen; kapiteins; kopstukken; leiders; opperhoofden; scheepsgezagvoerders; scheepskapiteins; schippers |
Verwandte Wörter für "gezagvoerders":
gezagvoerders form of gezagvoerder:
-
de gezagvoerder (commandant)
-
de gezagvoerder (vliegtuigkapitein; captain)
Übersetzung Matrix für gezagvoerder:
Noun | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
capitaine | captain; commandant; gezagvoerder; vliegtuigkapitein | aanvoerder; aanvoerster; bevelhebber; commandant; eerste chef; generaal; hoofd; hoofdaanvoerder; hoofdman; hopman; kapitein; legeraanvoerder; leider; leidster; leidsvrouw; scheepsgezagvoerder; scheepskapitein; veldheer; vlootschipper; voorvrouw |
commandant | commandant; gezagvoerder | aanvoerder; baas; beheerser; bevelhebber; commandant; directeur; gebieder; generaal; hoofd; hoofdman; kapitein; legeraanvoerder; leider; majoor; meester; overste; scheepsgezagvoerder; scheepskapitein; schipper; veldheer; vlootschipper |
marinier | commandant; gezagvoerder | kapitein; scheepskapitein; schipper |
pilote | captain; gezagvoerder; vliegtuigkapitein | apparaatstuurprogramma; bestuurder; chauffeur; drijver; koetsier; piloot; stuurprogramma; testfase; vliegenier; vlieger; voerman; wagenmenner |
Verwandte Wörter für "gezagvoerder":
Wiktionary Übersetzungen für gezagvoerder:
gezagvoerder
noun
-
Celui ou celle qui commande un navire