Übersicht
Niederländisch nach Französisch:   mehr Daten
  1. breedsprakigheid:
  2. breedsprakig:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für breedsprakigheid (Niederländisch) ins Französisch

breedsprakigheid:


breedsprakig:

breedsprakig Adjektiv

  1. breedsprakig (wijdlopig; uitgebreid; uitvoerig; )

Übersetzung Matrix für breedsprakig:

ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
de façon prolixe breedsprakig; breedvoerig; langdradig; omslachtig; omstandig; uitgebreid; uitvoerig; wijdlopig in details; uitgewerkt
diffus breedsprakig; breedvoerig; langdradig; omslachtig; omstandig; uitgebreid; uitvoerig; wijdlopig diffuus; geestelijk verward; in de war; in details; ondersteboven; onthutst; schemerig; schimmig; uitgewerkt; vaag waarneembaar; verward
prolixe breedsprakig; breedvoerig; langdradig; omslachtig; omstandig; uitgebreid; uitvoerig; wijdlopig langaanhoudend; langdradig; langdurig; vervelend; wijdlopig
verbeuse breedsprakig; breedvoerig; langdradig; omslachtig; omstandig; uitgebreid; uitvoerig; wijdlopig in details; uitgewerkt
verbeux breedsprakig; breedvoerig; langdradig; omslachtig; omstandig; uitgebreid; uitvoerig; wijdlopig in details; langaanhoudend; langdradig; langdurig; uitgewerkt; vervelend; wijdlopig
vermeusement breedsprakig; breedvoerig; langdradig; omslachtig; omstandig; uitgebreid; uitvoerig; wijdlopig

Verwandte Wörter für "breedsprakig":


Wiktionary Übersetzungen für breedsprakig:


Cross Translation:
FromToVia
breedsprakig pédant; cuistre; savantasse; abstrus; abscons prolix — tending to use large or obscure words, which few understand