Übersicht
Niederländisch nach Spanisch:   mehr Daten
  1. uitmuntend:
  2. uitmunten:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für uitmuntend (Niederländisch) ins Spanisch

uitmuntend:


Übersetzung Matrix für uitmuntend:

ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
brillante briljant; excellent; puik; subliem; superbe; uitgelezen; uitgezocht; uitmuntend; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk beeldschoon; betoverend; blinkend; briljant; briljante; fantastisch; fenomenaal; fonkelend; geniaal; geweldig; glansrijk; glanzend; glimmend; glinsterend; glunderend; grandioos; groots; intelligent; lichtgevend; luisterrijk; lumineus; magnifiek; oogverblindend; pienter; prachtig; pralend; schitterend; schrander; stralend; uitnemend; uitstekend; verblindend; voortreffelijk; wonderschoon
excelente briljant; excellent; puik; subliem; superbe; uitgelezen; uitgezocht; uitmuntend; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk aanlokkelijk; aanzienlijk; best; betoverend; eersteklas; eersterangs; fantastisch; fenomenaal; formidabel; geducht; geweldig; goddelijk; grandioos; groots; heerlijk; hemels; in hoge mate; kiplekker; klasse; kostelijk; lekker; luisterrijk; magnifiek; mieters; opperbest; paradijselijk; prachtig; prima; puik; royaal; schitterend; smakelijk; te goed; top; tot de beste klasse behorend; uitnemend; uitstek; uitstekend; verlokkend; verrukkelijk; voortreffelijk; vorstelijk; zalig
genial briljant; excellent; puik; subliem; superbe; uitgelezen; uitgezocht; uitmuntend; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk briljant; briljante; fenomenaal; geniaal; lumineus; vernuftig
magnífico briljant; excellent; puik; subliem; superbe; uitgelezen; uitgezocht; uitmuntend; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk aanlokkelijk; beeldschoon; betoverend; edelmoedig; fantastisch; fier; flink; gaaf; genereus; geweldig; glansrijk; glorieus; goddelijk; grandioos; groots; gul; heerlijk; hemels; imponerend; imposant; indrukwekkend; lekker; luisterrijk; magnifiek; mieters; mild; ontzagwekkend; oogverblindend; paradijselijk; prachtig; prat; riant; royaal; ruimhartig; schitterend; smakelijk; tof; trots; uitnemend; uitstekend; verblindend; verlokkend; verrukkelijk; voortreffelijk; vrijgevig; weids; wonderschoon; zalig
perfecto patent; perfect; uitmuntend; uitstekend; volmaakt; voortreffelijk af; afgedaan; afgelopen; feilloos; foutloos; gaaf; gelikt; gereed; geëindigd; heel; hoogwaardig; ideaal; intact; klaar; maagdelijk; mieters; onaangeraakt; onaangetast; ongerept; over; perfect; perfekt; picobello; piekfijn; prima; puntgaaf; puur; schitterend; tiptop; tof; uit; van goede kwaliteit; virginaal; volmaakt; voltooid; voorbij; zuiver

Verwandte Wörter für "uitmuntend":

  • uitmuntendheid

Wiktionary Übersetzungen für uitmuntend:

uitmuntend
adjective
  1. voortreffelijk

Cross Translation:
FromToVia
uitmuntend excelente excellent — of the highest quality
uitmuntend eminente; excelente éminent — soutenu|fr Qui s’élever au-dessus du niveau général, parler d’un terrain.

uitmuntend form of uitmunten:

uitmunten Verb (munt uit, muntte uit, muntten uit, uitgemunt)

  1. uitmunten (uitblinken; onderscheiden; overtreffen; )

Konjugationen für uitmunten:

o.t.t.
  1. munt uit
  2. munt uit
  3. munt uit
  4. munten uit
  5. munten uit
  6. munten uit
o.v.t.
  1. muntte uit
  2. muntte uit
  3. muntte uit
  4. muntten uit
  5. muntten uit
  6. muntten uit
v.t.t.
  1. heb uitgemunt
  2. hebt uitgemunt
  3. heeft uitgemunt
  4. hebben uitgemunt
  5. hebben uitgemunt
  6. hebben uitgemunt
v.v.t.
  1. had uitgemunt
  2. had uitgemunt
  3. had uitgemunt
  4. hadden uitgemunt
  5. hadden uitgemunt
  6. hadden uitgemunt
o.t.t.t.
  1. zal uitmunten
  2. zult uitmunten
  3. zal uitmunten
  4. zullen uitmunten
  5. zullen uitmunten
  6. zullen uitmunten
o.v.t.t.
  1. zou uitmunten
  2. zou uitmunten
  3. zou uitmunten
  4. zouden uitmunten
  5. zouden uitmunten
  6. zouden uitmunten
en verder
  1. ben uitgemunt
  2. bent uitgemunt
  3. is uitgemunt
  4. zijn uitgemunt
  5. zijn uitgemunt
  6. zijn uitgemunt
diversen
  1. munt uit!
  2. munt uit!
  3. uitgemunt
  4. uitmuntend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für uitmunten:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
sobresalir uitsteken; voorbijstreven
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
distinguirse excelleren; onderscheiden; overtreffen; schitteren; uitblinken; uitblinken boven; uitmunten; uitsteken aanschouwen; bekijken; een ereteken geven; gewaarworden; kijken; onderscheiden; ontwaren; opmerken; staren; te zien krijgen; turen; uit elkaar houden; uiteenhouden; van elkaar onderscheiden; zien
sobresalir excelleren; onderscheiden; overtreffen; schitteren; uitblinken; uitblinken boven; uitmunten; uitsteken overvleugelen; vooruitspringen; vooruitsteken

Wiktionary Übersetzungen für uitmunten:


Cross Translation:
FromToVia
uitmunten rendir; sobresalir; rematar top — excel
uitmunten dominar; aventajar; superar dominercommander souverainement, avoir une puissance absolue.
uitmunten superar; vencer; atravesar; aventajar surmontermonter au-dessus.

Computerübersetzung von Drittern: