Home ->Wörterbücher ->Niederländisch/Spanisch ->übersetze scholieren

übersetze scholieren von Niederländische ins Spanisch

Übersicht

Niederländisch nach Spanisch: mehr Daten

scholieren:
- estudiantes; alumnos; escolares
scholier:
- estudiante; alumno; pupilo; escolar; alumna; discípulo; pupila; aprendiz; chiquillo; educando; discípula
Wiktionary:
- scholier → alumno, discípulo

Niederländisch

Detailübersetzungen für scholieren (Niederländisch) ins Spanisch

scholieren:

scholieren [de ~] Nomen, Plural

de scholieren (leerlingen; pupillen; studenten)
el estudiantes; el alumnos; el escolares
- estudiantes [el ~] Nomen
- alumnos [el ~] Nomen
- escolares [el ~] Nomen

Übersetzung Matrix für scholieren:

Noun	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
alumnos	leerlingen; pupillen; scholieren; studenten	discipelen; volgelingen
escolares	leerlingen; pupillen; scholieren; studenten	schooljeugd; schoolkinderen
estudiantes	leerlingen; pupillen; scholieren; studenten	discipelen; volgelingen

Verwandte Wörter für "scholieren":

scholier

scholieren form of scholier:

scholier [de ~ (m)] Nomen

de scholier (leerling)
el estudiante; el alumno; el pupilo; el escolar; la alumna; el discípulo; la pupila; el aprendiz; el chiquillo; el educando; la discípula
- estudiante [el ~] Nomen
- alumno [el ~] Nomen
- pupilo [el ~] Nomen
- escolar [el ~] Nomen
- alumna [la ~] Nomen
- discípulo [el ~] Nomen
- pupila [la ~] Nomen
- aprendiz [el ~] Nomen
- chiquillo [el ~] Nomen
- educando [el ~] Nomen
- discípula [la ~] Nomen

Übersetzung Matrix für scholier:

Noun	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
alumna	leerling; scholier	cursist; iemand die stage loopt; scholiere; stagiair; studente; vrouwelijke student
alumno	leerling; scholier	aanhanger; cursist; discipel; iemand die stage loopt; jonge leerling; kwekeling; leerjongen; leerling; navolger; pupil; stagiair; student; volgeling; volger
aprendiz	leerling; scholier	iemand die stage loopt; jongmaat; jongmaatje; leerjongen; leerknecht; maatje; pupil; stagiair
chiquillo	leerling; scholier	baasje; dreumes; hummel; iemand die stage loopt; jochie; jongetje; jongmaatje; kind; klein jongetje; klein kereltje; klein kind; klein meisje; kleine jongen; kleintje; kleuter; peuter; stagiair; uk; worm; wurm
discípula	leerling; scholier	aanhanger; discipel; iemand die stage loopt; jongmaatje; navolger; stagiair; studente; volgeling; volgelinge; volger; vrouwelijke student
discípulo	leerling; scholier	aanhanger; discipel; iemand die stage loopt; jongmaatje; navolger; stagiair; student; volgeling; volger
educando	leerling; scholier	iemand die stage loopt; jongmaatje; stagiair
escolar	leerling; scholier	jonge leerling; pupil; schoolkind
estudiante	leerling; scholier	cursist; cursiste; iemand die stage loopt; jongmaatje; kwekeling; leerjongen; stagiair; student; studente; vrouwelijke student
pupila	leerling; scholier	iemand die stage loopt; jongmaatje; stagiair
pupilo	leerling; scholier	iemand die stage loopt; jongmaatje; kwekeling; leerjongen; stagiair
Modifier	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
escolar		met betrekking tot school; school-; schools

Verwandte Wörter für "scholier":

scholieren

Wiktionary Übersetzungen für scholier:

scholier

noun

iemand die basisonderwijs of voortgezet onderwijs volgt
- scholier → alumno; discípulo