Home ->Wörterbücher ->Niederländisch/Spanisch ->übersetze opbleken

übersetze opbleken von Niederländische ins Spanisch

Übersicht
Niederländisch nach Spanisch:   mehr Daten
  1. opbleken:

Niederländisch

Detailübersetzungen für opbleken (Niederländisch) ins Spanisch

opbleken:

opbleken Verb (bleek op, bleekt op, bleekte op, bleekten op, opgebleekt)

  1. opbleken (bleken)
    blanquear

Konjugationen für opbleken:

o.t.t.
  1. bleek op
  2. bleekt op
  3. bleekt op
  4. bleken op
  5. bleken op
  6. bleken op
o.v.t.
  1. bleekte op
  2. bleekte op
  3. bleekte op
  4. bleekten op
  5. bleekten op
  6. bleekten op
v.t.t.
  1. heb opgebleekt
  2. hebt opgebleekt
  3. heeft opgebleekt
  4. hebben opgebleekt
  5. hebben opgebleekt
  6. hebben opgebleekt
v.v.t.
  1. had opgebleekt
  2. had opgebleekt
  3. had opgebleekt
  4. hadden opgebleekt
  5. hadden opgebleekt
  6. hadden opgebleekt
o.t.t.t.
  1. zal opbleken
  2. zult opbleken
  3. zal opbleken
  4. zullen opbleken
  5. zullen opbleken
  6. zullen opbleken
o.v.t.t.
  1. zou opbleken
  2. zou opbleken
  3. zou opbleken
  4. zouden opbleken
  5. zouden opbleken
  6. zouden opbleken
en verder
  1. ben opgebleekt
  2. bent opgebleekt
  3. is opgebleekt
  4. zijn opgebleekt
  5. zijn opgebleekt
  6. zijn opgebleekt
diversen
  1. bleek op!
  2. bleekt op!
  5. opgebleekt
  6. opblekend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für opbleken:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
blanquear bleken; opbleken bleek worden; kalken; legaliseren; logen; sausen; verbleken; wit worden; witten; witwassen







Kostenfreie, schnelle Übersetzungen

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Seite gezeigt in 0.0388 Sekunden
Seite aufgebaut in 1.0 Sekunden