Übersicht
Niederländisch nach Englisch: mehr Daten
- klussen:
-
Wiktionary:
- klus → task, job, chore, stint, assignment
Niederländisch
Detailübersetzungen für klus (Niederländisch) ins Englisch
klussen:
-
klussen (klusje opknappen)
to do odd jobs
Konjugationen für klussen:
o.t.t.
- klus
- klust
- klust
- klussen
- klussen
- klussen
o.v.t.
- kluste
- kluste
- kluste
- klusten
- klusten
- klusten
v.t.t.
- heb geklust
- hebt geklust
- heeft geklust
- hebben geklust
- hebben geklust
- hebben geklust
v.v.t.
- had geklust
- had geklust
- had geklust
- hadden geklust
- hadden geklust
- hadden geklust
o.t.t.t.
- zal klussen
- zult klussen
- zal klussen
- zullen klussen
- zullen klussen
- zullen klussen
o.v.t.t.
- zou klussen
- zou klussen
- zou klussen
- zouden klussen
- zouden klussen
- zouden klussen
diversen
- klus!
- klust!
- geklust
- klussend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
het klussen
the doing odd jobs
Übersetzung Matrix für klussen:
Noun | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
doing odd jobs | klussen | |
Verb | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
do odd jobs | klusje opknappen; klussen |