Aannemer: niederländische und englische Suchergebnisse gefunden im Interglot Wörterbuch

Übersicht

Niederländisch nach Englisch: mehr Daten

Niederländisch

Detailübersetzungen für aannemer (Niederländisch) ins Englisch

de aannemer (bouwondernemer; bouwer)
the contractor; the building contractor; the builder
- contractor [the ~] Nomen
- building contractor [the ~] Nomen
- builder [the ~] Nomen
de aannemer (verbouwer)
the building contractor; the constructor; the builder
- building contractor [the ~] Nomen
- constructor [the ~] Nomen
- builder [the ~] Nomen
de aannemer (contractant)
the contractor
– A role assumed by a person who participates in a contractor-employer relationship with a legal entity. ¹
- contractor [the ~] Nomen

Noun	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
builder	aannemer; bouwer; bouwondernemer; verbouwer	opbouwfunctie
building contractor	aannemer; bouwer; bouwondernemer; verbouwer
constructor	aannemer; verbouwer	constructor
contractor	aannemer; bouwer; bouwondernemer; contractant	sluitspier; trekspier

aannemer

noun

iemand die een (bouw)werk uitvoert tegen een bepaalde prijs
- aannemer → contractor

aannemer

noun

A person who executes the building or improving of buildings
- contractor → aannemer