Niveau: niederländische und deutsche Suchergebnisse gefunden im Interglot Wörterbuch

Remove Ads

Übersicht

Niederländisch nach Deutsch: mehr Daten

niveau:
- Niveau; Stufe; Plan; Ebene; Höhe; Maßstab; Stock; Vorsatz; Konzept; Vorhaben; Entwurf; Stockwerk; Etage; Kriterium; Gradation; Abriß; Entwürfe; Skala; Idee; Projekt; Grad; Stellung; Rang; Ruf; Ehre; Name; Dimensionsebene
Wiktionary:
- niveau → niveaulos
- niveau → Ebene
- niveau → Niveau, Level

Deutsch nach Niederländisch: mehr Daten

Niveau:
- niveau; plan; laag; peil; stand; graad
Wiktionary:
- Niveau → vlak, hoogte, niveau, trede, graad

Niederländisch

Detailübersetzungen für niveau (Niederländisch) ins Deutsch

niveau:

niveau [het ~] Nomen

het niveau (plan; laag; peil; stand)
Niveau; die Stufe; der Plan; die Ebene; die Höhe; der Maßstab; der Stock; der Vorsatz; Konzept; Vorhaben; der Entwurf; Stockwerk; die Etage; Kriterium; die Gradation; der Abriß; die Entwürfe; die Skala; die Idee; Projekt
- Niveau [das ~] Nomen
- Stufe [die ~] Nomen
- Plan [der ~] Nomen
- Ebene [die ~] Nomen
- Höhe [die ~] Nomen
- Maßstab [der ~] Nomen
- Stock [der ~] Nomen
- Vorsatz [der ~] Nomen
- Konzept [das ~] Nomen
- Vorhaben [das ~] Nomen
- Entwurf [der ~] Nomen
- Stockwerk [das ~] Nomen
- Etage [die ~] Nomen
- Kriterium [das ~] Nomen
- Gradation [die ~] Nomen
- Abriß [der ~] Nomen
- Entwürfe [die ~] Nomen
- Skala [die ~] Nomen
- Idee [die ~] Nomen
- Projekt [das ~] Nomen
het niveau (peil; graad)
Niveau; der Grad; die Gradation; die Stellung; der Rang
- Niveau [das ~] Nomen
- Grad [der ~] Nomen
- Gradation [die ~] Nomen
- Stellung [die ~] Nomen
- Rang [der ~] Nomen
het niveau (aanzien; achting)
der Ruf; die Ehre; der Name
- Ruf [der ~] Nomen
- Ehre [die ~] Nomen
- Name [der ~] Nomen
het niveau (dimensieniveau)
die Ebene; Dimensionsebene
- Ebene [die ~] Nomen
- Dimensionsebene

Übersetzung Matrix für niveau:

Noun	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
Abriß	laag; niveau; peil; plan; stand	afbraak; demontage; grondplan; ontmanteling; plattegrond; sloop; stadskaart; uiteenname
Ebene	dimensieniveau; laag; niveau; peil; plan; stand	bouwterrein; gebied; kavel; laag; oppervlak; oppervlakte; perceel; terrein; vlak; vlakte
Ehre	aanzien; achting; niveau	eer; eergevoel; eigenwaarde; ere; faam; glorie; naam; reputatie; roep; trots; zelfrespect
Entwurf	laag; niveau; peil; plan; stand	Concept; concept; klad; kladjes; kladwerk; model; monster; ontwerp; proefje; proefversie; proeve; schets; schetstekening; schrijfsels; specimen; staal; staaltje; tekening; toonbeeld; voorbeeld; voorlopig ontwerp
Entwürfe	laag; niveau; peil; plan; stand	concept; geestelijke vorming; model; ontplooiing; ontwerp; ontwikkeling; schets; toonbeeld; voorbeeld; voorlopig ontwerp; vooruitgang; vorming
Etage	laag; niveau; peil; plan; stand	etage; intensivering; verdieping; woonlaag
Grad	graad; niveau; peil	gelid; graad; gradatie; hoekgraad; mate; militaire rang; punt; rang; rangorde; thermometergraad; warmtegraad; wetenschappelijke graad
Gradation	graad; laag; niveau; peil; plan; stand	graad; gradatie; mate
Höhe	laag; niveau; peil; plan; stand	hoogte; hoogtelijn; niveaulijn
Idee	laag; niveau; peil; plan; stand	begrip; benul; conceptie; denkbeeld; gedachte; idee; kijk; mening; mentale voorstelling; notie; oordeel; opinie; opvatting; visie; zienswijze
Konzept	laag; niveau; peil; plan; stand	concept; klad; kladjes; kladwerk; model; ontwerp; proefversie; schets; schrijfsels; toonbeeld; voorbeeld; voorlopig ontwerp
Kriterium	laag; niveau; peil; plan; stand	beding; bepaling; beperking; conditie; criterium; eis; kriterium; maatstaf; toetssteen; voorwaarde
Maßstab	laag; niveau; peil; plan; stand	beding; bepaling; beperking; conditie; criterium; eis; kriterium; maatstaf; toetssteen; voorwaarde
Name	aanzien; achting; niveau	faam; naam; reputatie; roep
Niveau	graad; laag; niveau; peil; plan; stand	graad
Plan	laag; niveau; peil; plan; stand	kaart; landkaart; opzet; plan; project; schets; schetstekening; tekening; toeleg; voornemen
Projekt	laag; niveau; peil; plan; stand	Project; plan; project
Rang	graad; niveau; peil	gelid; graad; klasse; maatschappelijke klasse; militaire rang; orde; rang; rangorde; slag; stand; wetenschappelijke graad
Ruf	aanzien; achting; niveau	faam; geroep; geschreeuw; gil; goede naam; goede reputatie; kreet; lokroep; loktoon; naam; naamsbekendheid; oproep; reputatie; roep; roepstem; schreeuw; uitroep
Skala	laag; niveau; peil; plan; stand	gamma; graad; gradatie; kleurenschaal; kleurenspectrum; ladder; mate; scala; schaalverdeling; spectrum; toonladder; toonschaal
Stellung	graad; niveau; peil	ambt; baan; betrekking; dienstbetrekking; functie; graad; job; positie; werk; werkkring; werkplek
Stock	laag; niveau; peil; plan; stand	baton; bijenkorf; dierenkolonie; etage; intensivering; staaf; staf; stang; stok; verdieping; woonlaag
Stockwerk	laag; niveau; peil; plan; stand	etage; intensivering; verdieping; woonlaag
Stufe	laag; niveau; peil; plan; stand	autoped; fase; opstap; opstapje; step; terras; traptrede; trede; tree; werkstroomfase
Vorhaben	laag; niveau; peil; plan; stand	opzet; plan; voornemen
Vorsatz	laag; niveau; peil; plan; stand	dekblad; intentie; moedwil; opzet; plan; schutblad; voornemen
Not Specified	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
Dimensionsebene	dimensieniveau; niveau
Plan		plan

Synonyms for "niveau":

peil
peil

Wiktionary Übersetzungen für niveau:

niveau

adjective

kein Niveau habend; keine geistige Höhe aufweisend
- niveaulos → niveau; middelmatig; zonder

noun

Bauwesen: Geschoss, Etage in einem Gebäude
- Ebene → niveau; verdieping
Geographie: lang ausgestreckte, flache, hügelfreie Landschaft unabhängig von ihrer Höhe über dem Meer
- Ebene → niveau; vlakte

Cross Translation:

From	To	Via
• niveau	→ Niveau	↔ level — distance relative to a given reference elevation
• niveau	→ Level	↔ level — one of several discrete segments of a game (gaming)

Computerübersetzung von Drittern:

Detailübersetzungen für niveau (Deutsch) ins Niederländisch

Niveau:

Niveau [das ~] Nomen

Niveau (Stufe; Plan; Ebene; Höhe; Maßstab; Stock; Vorsatz; Konzept; Vorhaben; Entwurf; Stockwerk; Etage; Kriterium; Gradation; Abriß; Entwürfe; Skala; Idee; Projekt)
het niveau; de plan; de laag; het peil; de stand
- niveau [het ~] Nomen
- plan [de ~] Nomen
- laag [de ~] Nomen
- peil [het ~] Nomen
- stand [de ~ (m)] Nomen
Niveau (Grad; Gradation; Stellung; Rang)
het niveau; het peil; de graad
- niveau [het ~] Nomen
- peil [het ~] Nomen
- graad [de ~ (m)] Nomen
Niveau (Doktorentitel; Grad; Stellung; Gradation; Rang)
de graad
- graad [de ~ (m)] Nomen

Übersetzung Matrix für Niveau:

Noun	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
graad	Doktorentitel; Grad; Gradation; Niveau; Rang; Stellung	Grad; Gradation; Maß; Rang; Skala; Thermometergrad; Titel; Wissenschaftlicher Grad; Wärmegrad
laag	Abriß; Ebene; Entwurf; Entwürfe; Etage; Gradation; Höhe; Idee; Konzept; Kriterium; Maßstab; Niveau; Plan; Projekt; Skala; Stock; Stockwerk; Stufe; Vorhaben; Vorsatz	Belag; Ebene; Schicht; Staffel; Staffelstellung
niveau	Abriß; Ebene; Entwurf; Entwürfe; Etage; Grad; Gradation; Höhe; Idee; Konzept; Kriterium; Maßstab; Niveau; Plan; Projekt; Rang; Skala; Stellung; Stock; Stockwerk; Stufe; Vorhaben; Vorsatz	Dimensionsebene; Ebene; Ehre; Name; Ruf
peil	Abriß; Ebene; Entwurf; Entwürfe; Etage; Grad; Gradation; Höhe; Idee; Konzept; Kriterium; Maßstab; Niveau; Plan; Projekt; Rang; Skala; Stellung; Stock; Stockwerk; Stufe; Vorhaben; Vorsatz
plan	Abriß; Ebene; Entwurf; Entwürfe; Etage; Gradation; Höhe; Idee; Konzept; Kriterium; Maßstab; Niveau; Plan; Projekt; Skala; Stock; Stockwerk; Stufe; Vorhaben; Vorsatz	Absicht; Aktienkurs; Entschluß; Kurs; Notiz; Plan; Planung; Projekt; Vorhaben; Vorsatz
stand	Abriß; Ebene; Entwurf; Entwürfe; Etage; Gradation; Höhe; Idee; Konzept; Kriterium; Maßstab; Niveau; Plan; Projekt; Skala; Stock; Stockwerk; Stufe; Vorhaben; Vorsatz	Ausstellungsstand; Bude; Gesellschaftsschicht; Haltung; Klasse; Körperhaltung; Position; Postur; Rang; Rangordnung; Schicht; Stand; Verkaufsbude
Adjective	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
laag		alltäglich; banal; dürftig; einfach; falsch; fühllos; gehässig; gemein; gering; gängig; heimtückisch; hinterhältig; hinterlistig; kleinlich; landläufig; mies; niederträchtig; niedrig; nierderträchtig; platt; schamlos; schmählich; schofel; schuftig; schwach; schweinisch; schäbig; schändlich; tief; trivial; tückisch; verrucht; verächtlich; von niedrigem Niveau; winzig
Not Specified	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
plan		Plan

Synonyms for "Niveau":

Ebene; Höhe; Level; Pegel; Schicht; Stand; Stufe

Wiktionary Übersetzungen für Niveau:

Cross Translation:

From	To	Via
• Niveau	→ vlak	↔ level — same height at all places
• Niveau	→ hoogte; niveau	↔ level — distance relative to a given reference elevation
• Niveau	→ trede; graad	↔ notch — level or degree

Computerübersetzung von Drittern:

Niederländische und deutsche Suchergebnisse für: niveau

Detailübersetzungen für niveau (Niederländisch) ins Deutsch

niveau:

niveau [het ~] Nomen

het niveau (plan; laag; peil; stand)

het niveau (peil; graad)

het niveau (aanzien; achting)

het niveau (dimensieniveau)

Übersetzung Matrix für niveau:

Verwandte Wörter für "niveau":

Synonyms for "niveau":

Verwandte Definitionen für "niveau":

Wiktionary Übersetzungen für niveau:

Verwandte Übersetzungen für niveau