Übersicht
Niederländisch nach Deutsch:   mehr Daten
  1. overdadig:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für overdadig (Niederländisch) ins Deutsch

overdadig:

overdadig Adjektiv

  1. overdadig (overdreven)

Übersetzung Matrix für overdadig:

ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
überreichlich overdadig; overdreven
überschwenglich overdadig; overdreven
übertrieben overdadig; overdreven aanstellerig; bovenmatig; buitengemeen; buitengewoon; buitenissig; buitensporig; extravagant; extreem; mateloos; overdreven; overmatig; theatraal; tomeloos; uitermate
üppig overdadig; overdreven bezet; copieus; druk; drukbezet; welig

Verwandte Wörter für "overdadig":

  • overdadigheid, overdadigst, overdadigste, overdadige

Verwandte Definitionen für "overdadig":

  1. met een te grote hoeveelheid1
    • er is met de Kerst weer overdadig gegeten1

Wiktionary Übersetzungen für overdadig:


Cross Translation:
FromToVia
overdadig üppig exuberant — abundant, luxuriant, profuse, superabundant
overdadig überflüssig superfluous — excess of what is sufficient

Verwandte Übersetzungen für overdadig