Home ->Wörterbücher ->Niederländisch/Deutsch ->Suche: bukken

Niederländische und deutsche Suchergebnisse für: bukken

Übersicht

Niederländisch nach Deutsch: mehr Daten

bukken:
- sich nach vorne bücken; vorbeugen; sich ducken
Wiktionary:
- bukken → bücken
- bukken → bücken

Niederländisch

Detailübersetzungen für bukken (Niederländisch) ins Deutsch

bukken:

bukken Verb (buk, bukt, bukte, bukten, gebukt)

bukken (voorover bukken)
sich nach vorne bücken; vorbeugen; sich ducken
- sich nach vorne bücken Verb
- vorbeugen Verb (beuge vor, beugst vor, beugt vor, beugte vor, beugtet vor, vorgebeugt)
- sich ducken Verb (ducke mich, duckst dich, duckt sich, duckte sich, ducktet euch, sich geduckt)

Konjugationen für bukken:

o.t.t.

buk
bukt
bukt
bukken
bukken
bukken

o.v.t.

bukte
bukte
bukte
bukten
bukten
bukten

v.t.t.

heb gebukt
hebt gebukt
heeft gebukt
hebben gebukt
hebben gebukt
hebben gebukt

v.v.t.

had gebukt
had gebukt
had gebukt
hadden gebukt
hadden gebukt
hadden gebukt

o.t.t.t.

zal bukken
zult bukken
zal bukken
zullen bukken
zullen bukken
zullen bukken

o.v.t.t.

zou bukken
zou bukken
zou bukken
zouden bukken
zouden bukken
zouden bukken

en verder

ben gebukt
bent gebukt
is gebukt
zijn gebukt
zijn gebukt
zijn gebukt

diversen

buk!
bukt!
gebukt
bukkend

1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für bukken:

Verb	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
sich ducken	bukken; voorover bukken
sich nach vorne bücken	bukken; voorover bukken
vorbeugen	bukken; voorover bukken

Wiktionary Übersetzungen für bukken:

bukken

verb

het lichaam geheel vooroverbuigen om bij iets lagers te komen
- bukken → bücken

bukken

verb

(reflexiv) den Oberkörper tief in Richtung Boden beugen
- bücken → bukken

Cross Translation:

From	To	Via
• bukken	→ bücken	↔ bend down — to bend one's legs while upright to get to a lower position
• bukken	→ bücken	↔ bend over — to bend one's upper body forward

Computerübersetzung von Drittern:

Verwandte Übersetzungen für bukken

voorover bukken