Niederländisch
Detailübersetzungen für vertreden (Niederländisch) ins Deutsch
vertreden:
-
vertreden
Konjugationen für vertreden:
o.t.t.
- vertreed
- vertreedt
- vertreedt
- vertreden
- vertreden
- vertreden
o.v.t.
- vertreedde
- vertreedde
- vertreedde
- vertreedden
- vertreedden
- vertreedden
v.t.t.
- heb vertreden
- hebt vertreden
- heeft vertreden
- hebben vertreden
- hebben vertreden
- hebben vertreden
v.v.t.
- had vertreden
- had vertreden
- had vertreden
- hadden vertreden
- hadden vertreden
- hadden vertreden
o.t.t.t.
- zal vertreden
- zult vertreden
- zal vertreden
- zullen vertreden
- zullen vertreden
- zullen vertreden
o.v.t.t.
- zou vertreden
- zou vertreden
- zou vertreden
- zouden vertreden
- zouden vertreden
- zouden vertreden
diversen
- vertreed!
- vertreedt!
- vertreden
- vertredend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Übersetzung Matrix für vertreden:
Verb | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
sich die Beine vertreten | vertreden | |
zertreten | vertreden |
Computerübersetzung von Drittern: