Home ->Wörterbücher ->Niederländisch/Deutsch ->übersetze gluur

übersetze gluur von Niederländische ins Deutsch

Übersicht
Niederländisch nach Deutsch:   mehr Daten
  1. gluren:
  2. Wiktionary:

Niederländisch

Detailübersetzungen für gluur (Niederländisch) ins Deutsch

gluren:

gluren Verb (gluur, gluurt, gluurde, gluurden, gegluurd)

  1. gluren (begluren)
    belauern; heimlich beobachten
  2. gluren (stiekem kijken)
    heimlich schauen; lauern; spionieren; schnüffeln
    • lauern Verb (lauere, lauerst, lauert, lauerte, lauertet, gelauert)
    • spionieren Verb (spioniere, spionierst, spioniert, spionierte, spioniertet, spioniert)
    • schnüffeln Verb (schnüffele, schnüffelst, schnüffelt, schnüffelte, schnüffeltet, geschnüffelt)
  3. gluren (loeren)
    lauern
    • lauern Verb (lauere, lauerst, lauert, lauerte, lauertet, gelauert)

Konjugationen für gluren:

o.t.t.
  1. gluur
  2. gluurt
  3. gluurt
  4. gluren
  5. gluren
  6. gluren
o.v.t.
  1. gluurde
  2. gluurde
  3. gluurde
  4. gluurden
  5. gluurden
  6. gluurden
v.t.t.
  1. heb gegluurd
  2. hebt gegluurd
  3. heeft gegluurd
  4. hebben gegluurd
  5. hebben gegluurd
  6. hebben gegluurd
v.v.t.
  1. had gegluurd
  2. had gegluurd
  3. had gegluurd
  4. hadden gegluurd
  5. hadden gegluurd
  6. hadden gegluurd
o.t.t.t.
  1. zal gluren
  2. zult gluren
  3. zal gluren
  4. zullen gluren
  5. zullen gluren
  6. zullen gluren
o.v.t.t.
  1. zou gluren
  2. zou gluren
  3. zou gluren
  4. zouden gluren
  5. zouden gluren
  6. zouden gluren
diversen
  1. gluur!
  2. gluurt!
  5. gegluurd
  6. glurend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für gluren:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
belauern begluren; gluren beloeren
heimlich beobachten begluren; gluren beloeren
heimlich schauen gluren; stiekem kijken
lauern gluren; loeren; stiekem kijken koekeloeren
schnüffeln gluren; stiekem kijken drugs gebruiken; drugs snuiven; een loopneus hebben; een snuif nemen; insnuiven; naspeuring doen; neuzen; opsnuiven; rechercheren; rondwroeten; snuffelen; snuiven; speuren
spionieren gluren; stiekem kijken bespieden; bespioneren; koekeloeren; neuzen; snuffelen; speuren; spieden; spioneren

Wiktionary Übersetzungen für gluren:

Cross Translation:
FromToVia
• gluren → lugen; gucken; linsen ↔ peek — To look slyly, or with the eyes half closed, or through a crevice; to peep
• gluren → blinzeln ↔ squint — to look with the eyes partly closed, as in bright sunlight
• gluren → Schielen ↔ squint — expression in which the eyes are partly closed

Computerübersetzung von Drittern:






Kostenfreie, schnelle Übersetzungen

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Seite gezeigt in 0.0246 Sekunden
Seite aufgebaut in 1.0 Sekunden