Übersicht
Niederländisch
Detailübersetzungen für fluiten (Niederländisch) ins Deutsch
fluiten:
Konjugationen für fluiten:
o.t.t.
- fluit
- fluit
- fluit
- fluiten
- fluiten
- fluiten
o.v.t.
- floot
- floot
- floot
- floten
- floten
- floten
v.t.t.
- heb gefloten
- hebt gefloten
- heeft gefloten
- hebben gefloten
- hebben gefloten
- hebben gefloten
v.v.t.
- had gefloten
- had gefloten
- had gefloten
- hadden gefloten
- hadden gefloten
- hadden gefloten
o.t.t.t.
- zal fluiten
- zult fluiten
- zal fluiten
- zullen fluiten
- zullen fluiten
- zullen fluiten
o.v.t.t.
- zou fluiten
- zou fluiten
- zou fluiten
- zouden fluiten
- zouden fluiten
- zouden fluiten
diversen
- fluit!
- fluit!
- gefloten
- fluitend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Übersetzung Matrix für fluiten:
Verb | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
blasen | blazen; fluiten; pijpen | afzuigen; fellatio doen; pijpen; zuigen |
flöten | blazen; fluiten; pijpen | |
pfeifen | blazen; fluiten; pijpen |
Verwandte Wörter für "fluiten":
Verwandte Definitionen für "fluiten":
fluiten form of fluit:
Übersetzung Matrix für fluit:
Noun | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
Flöte | fluit | |
Pfeife | fluit | pijp; tabakspijp |
Verwandte Wörter für "fluit":
Wiktionary Übersetzungen für fluit:
fluit
Cross Translation:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• fluit | → Querflöte; Flöte | ↔ flute — woodwind instrument |
• fluit | → Flöte | ↔ pipe — musical instrument |
• fluit | → Flöte | ↔ flûte — (musique) instrument à vent sous forme de tuyau percer d’orifices. De l’air souffler est mis en vibration par un biseau disposé près de l’embouchure du tuyau dont la longueur est déterminée par le nombre et la taille d’orifices disposés sur le [[corps |
Computerübersetzung von Drittern: