Übersicht
Niederländisch nach Deutsch:   mehr Daten
  1. benedenste:
  2. beneden:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für benedenste (Niederländisch) ins Deutsch

benedenste:

benedenste Adjektiv

  1. benedenste (onderste; laagste)
    unterst

Übersetzung Matrix für benedenste:

ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
unterst benedenste; laagste; onderste

Verwandte Wörter für "benedenste":


benedenste form of beneden:

beneden adv

  1. beneden
    unter; untenan

beneden adv

  1. beneden (naar beneden; daar beneden)
    unten

Übersetzung Matrix für beneden:

AdverbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
unten beneden; daar beneden; naar beneden daar beneden; onder; onderaan; onderaf; onderen; onderin; onderop
PrepositionVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
- onder
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
untenan beneden onderaf; onderen; onderop
unter beneden niet boven; onder; onderaf; onderen; onderop; waaronder

Verwandte Wörter für "beneden":


Synonyms for "beneden":


Antonyme für "beneden":


Verwandte Definitionen für "beneden":

  1. aan de lage kant1
    • beneden aan de brief stonden drie kruisjes1
  2. op een plaats die lager ligt1
    • de winkels zijn beneden op de begane grond1

Wiktionary Übersetzungen für beneden:


Cross Translation:
FromToVia
beneden runter; herunter down — from a high to a low position, downwards
beneden nach unten; treppabwärts; treppab; unten downstairs — downstairs (adverb)
beneden unter; unterhalb sous — Sert à marquer la situation d’une chose à l’égard d’une autre qui est au-dessus, par-dessus, qui la couvre en totalité ou en partie. (Sens général).

Computerübersetzung von Drittern: