Übersicht
Französisch nach Niederländisch: mehr Daten
-
illusionnaire:
-
Wiktionary:
illusionnaire → illusionair
-
Wiktionary:
Französisch
Detailübersetzungen für illusionnaire (Französisch) ins Niederländisch
illusionnaire: (*Wort und Satz getrennt)
- illusion: illusie; droombeeld; fantasie; verbeelding; sprookje; leugen; fictie; fabel; verzinsel; verdichting; bedenksel; verdichtsel; schijnbeeld; drogbeeld; anamorfose; chimère; fata morgana; luchtspiegeling; schijn; waanbeeld; waanidee; waanvoorstelling; waandenkbeeld; waan; gezichtsbedrog; hallucinatie; hersenschim; zinsbegoocheling; voorspiegeling; zinsbedrog
- n-aire: n-ary
Wiktionary Übersetzungen für illusionnaire:
illusionnaire
adjective
-
van de aard van of veroorzaakt door een illusie