Deutsch
Detailübersetzungen für Grundstücksgrenze (Deutsch) ins Niederländisch
Grundstücksgrenze: (*Wort und Satz getrennt)
- Grundstück: gebied; perceel; kavel; bouwterrein; terrein; erf; grondgebied; territorium; gebouw; pand; bouwwerk; vastgoed; onroerende zaken; onroerende goederen
- Grenze: grens; landgrens; rijksgrens; grenslijn; lijn die de grensscheiding aangeeft; kader; lijst; rand; omranding; limiet; grenswaarde; uiterste; grensscheiding; grensafsluiting