Schwedisch
Detailübersetzungen für trivial (Schwedisch) ins Niederländisch
trivial:
-
trivial (alldaglig; grått; alldagligt; vanlig; vanligt; ordinärt; trivialt)
ordinair; alledaags; gewoon; niets bijzonders; eenvoudig-
ordinair Adjektiv
-
alledaags Adjektiv
-
gewoon Adjektiv
-
niets bijzonders Adjektiv
-
eenvoudig Adjektiv
-
-
trivial (oviktigt; betydelslöst; obetydlig; obetydligt; meningslöst; oviktig; trivialt)
triviaal; onbelangrijk; futiel; nietsbetekenend; weinigzeggend; onbenullig; onbetekenend; onbeduidend; nietszeggend-
triviaal Adjektiv
-
onbelangrijk Adjektiv
-
futiel Adjektiv
-
nietsbetekenend Adjektiv
-
weinigzeggend Adjektiv
-
onbenullig Adjektiv
-
onbetekenend Adjektiv
-
onbeduidend Adjektiv
-
nietszeggend Adjektiv
-
Übersetzung Matrix für trivial:
Synonyms for "trivial":
Computerübersetzung von Drittern: