Schwedisch
Detailübersetzungen für fallera (Schwedisch) ins Niederländisch
fallera: (*Wort und Satz getrennt)
- fal: corrupt; omkoopbaar
- lera: klei; leem; modder; slib; bagger; slik; prut; slijk
- fall: geval; kwestie; casus; naamval; achteruitgang; instorting; inzinking; debacle; ineenstorting; tuimeling; buiteling; ineenzakking; tuimelingen; buitelingen
- era: tijd
- falla: vallen; onderuitgaan; op zijn bek gaan; ten val komen; duikelen; buitelen; val; terechtkomen; omvallen; landing; omrollen; omvervallen
- fälla: valkuil; kraaienpoot; omhouwen
Spelling Suggestions for: fallera
fallera:
Synonyms for "fallera":
Computerübersetzung von Drittern: