Schwedisch
Detailübersetzungen für täcka upp (Schwedisch) ins Niederländisch
täcka upp: (*Wort und Satz getrennt)
- tacka: bedanken; danken; ooi; blok
- täcka: beschermen; afdekken; afschermen; beschutten; afschutten; overdekt; indekken; kaften; overdekken; dekken; bedekken; bekleden; overtrekken; stofferen; bestraten; plaveien; overwelven; overkappen; met iets bestrijken; van bekleding voorzien
- upp: omhoog; opwaarts; naar boven toe