Übersicht
Schwedisch nach Niederländisch: mehr Daten
-
flytta sig:
-
Wiktionary:
flytta sig → zich bewegen, bewegen, zich verplaatsen
-
Wiktionary:
Schwedisch
Detailübersetzungen für flytta sig (Schwedisch) ins Niederländisch
flytta sig: (*Wort und Satz getrennt)
- flytta: verkassen; verhuizen; bewegen; zich verplaatsen; verplaatsen; verschuiven; verleggen; verrijden; voor zich uitschuiven; iets verplaatsen; schuivend verplaatsen; ruilen; wisselen; verwisselen; omruilen; omwisselen; verzetten; vervoeren; roeren; overplaatsen; uitnemen; verschikken; vertillen; disloqueren; standplaats veranderen
- avundas: benijden; misgunnen; niet gunnen
- brottas: worstelen; met iemand worstelen
- brännas: aanbakken
- dagas: dagen; aanbreken van de dag; lichten; licht worden
- finnas: zijn; bestaan; leven; existeren; gebeuren; plaatsvinden; voordoen; passeren; voorvallen; plaats hebben
- flockas: samendringen
- frodas: bloeien; floreren; goed lopen
- fäktas: schermen
- förbittras: verbolgen worden; bitter worden
- förenas: samenstromen
- förfäras: gruwelen; griezelen; gruwen
- förlängas: lengen
- förskräckas: schrikken
- försoffas: stagneren; op hetzelfde niveau blijven
- förstummas: verstommen; verstillen
- förstärkas: versterken; sterken; sterker worden
- försämras: verslechteren; erger worden; tanen; afrotten
- gnabbas: ruzieën; twisten; kibbelen; bekvechten; bakkeleien; hakketakken
- gruffas: vechten; kampen; matten; knokken; duelleren; bakkeleien
- splittras: springen; splitsen; klappen; ontploffen; exploderen; splijten; kloven; klieven; uit elkaar spatten; uit elkaar springen; uiteensplijten
- sprängas: springen; klappen; ontploffen; exploderen; opwaaien; uit elkaar spatten; uit elkaar springen
- stegras: verhogen; hoger maken
- stärkas: versterken; sterken; sterker worden
- stötas: reppen; jachten; spoeden; jakkeren
Wiktionary Übersetzungen für flytta sig:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• flytta sig | → zich bewegen; bewegen; zich verplaatsen | ↔ move — to change place or posture; to go |