Niederländisch
Detailübersetzungen für zwemend (Niederländisch) ins Schwedisch
zwemend:
Übersetzung Matrix für zwemend:
Noun | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
avtagande | achteruitgang; afname; afzwakking; daling; korten; krimpen; minder worden; minderen; ontnemen; sluiereffect; terugloop; val; vermindering; verval | |
Modifier | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
avtagande | zwemend | achteruitgaand; afnemend; minderend; slinkend; tanend; verminderend; vervallend |
zwemend form of zwemen:
-
zwemen (toeneigen; tenderen naar)
Konjugationen für zwemen:
o.t.t.
- zweem
- zweemt
- zweemt
- zwemen
- zwemen
- zwemen
o.v.t.
- zweemde
- zweemde
- zweemde
- zweemden
- zweemden
- zweemden
v.t.t.
- heb gezweemd
- hebt gezweemd
- heeft gezweemd
- hebben gezweemd
- hebben gezweemd
- hebben gezweemd
v.v.t.
- had gezweemd
- had gezweemd
- had gezweemd
- hadden gezweemd
- hadden gezweemd
- hadden gezweemd
o.t.t.t.
- zal zwemen
- zult zwemen
- zal zwemen
- zullen zwemen
- zullen zwemen
- zullen zwemen
o.v.t.t.
- zou zwemen
- zou zwemen
- zou zwemen
- zouden zwemen
- zouden zwemen
- zouden zwemen
diversen
- zweem!
- zweemt!
- gezweemd
- zwemend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Übersetzung Matrix für zwemen:
Noun | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
skuggor | wazen; zwemen | schaduwbeelden; schimmen; silhouetten |
spillror | wazen; zwemen | |
Verb | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
niga till | tenderen naar; toeneigen; zwemen | neigen; overhellen; overhellen tot een denkwijze; tenderen naar |