Niederländisch

Detailübersetzungen für zuiverheid (Niederländisch) ins Schwedisch

zuiverheid:

zuiverheid [de ~ (v)] Nomen

  1. de zuiverheid (vlekkeloosheid; reinheid)

Übersetzung Matrix für zuiverheid:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
oförvitlighet reinheid; vlekkeloosheid; zuiverheid
oklanderlighet reinheid; vlekkeloosheid; zuiverheid

Verwandte Wörter für "zuiverheid":


zuiver:

zuiver Adjektiv

  1. zuiver (gereinigd; netjes; gekuist)
    ren; städat; rent; städad
  2. zuiver (maagdelijk; puur; onschuldig; )
    rent; oskuldsfullt; ren; jungfruelig; jungfrueligt
  3. zuiver (feilloos; foutloos)
    felfri; felfritt
  4. zuiver (hygienisch; schoon; rein; kuis)
  5. zuiver (proper; schoon)
    ren; rent
  6. zuiver (puur; onvermengd)
    pur; oförfalskad; rent; purt; oförfalskat
  7. zuiver (ongerept; maagdelijk; virginaal; )
    oskuldsfullt; ren; rent; orörd; orört

Übersetzung Matrix für zuiver:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
ren rendier
städat netheid; properheid
AdjectiveVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
- echt; louter
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
felfri feilloos; foutloos; zuiver correct; gaaf; keurig; loepzuiver; onaangetast; onberispelijk; onbesproken; perfekt; puntgaaf
felfritt feilloos; foutloos; zuiver correct; gaaf; keurig; loepzuiver; onaangetast; onberispelijk; onbesproken; perfekt; puntgaaf
hygienisk hygienisch; kuis; rein; schoon; zuiver hygiënisch
hygieniskt hygienisch; kuis; rein; schoon; zuiver
jungfruelig kuis; maagdelijk; onbevlekt; onschuldig; puur; rein; zuiver
jungfrueligt kuis; maagdelijk; onbevlekt; onschuldig; puur; rein; zuiver
oförfalskad onvermengd; puur; zuiver gewoonweg; klinkklaar; rechttoe
oförfalskat onvermengd; puur; zuiver echt; onvervalst
orörd gaaf; maagdelijk; onaangeraakt; ongerept; puur; virginaal; zuiver koelbloedig; onaangebroken; onaangeroerd; onaangetast; onbewogen; ongebruikt; ongeopend; onverschillig
orört gaaf; maagdelijk; onaangeraakt; ongerept; puur; virginaal; zuiver koelbloedig; onaangebroken; onaangeroerd; onaangetast; onbewogen; ongebruikt; ongeopend; onverschillig; onverzwakt
oskuldsfullt gaaf; kuis; maagdelijk; onaangeraakt; onbevlekt; ongerept; onschuldig; puur; rein; virginaal; zuiver onschuldig; schuldeloos; schuldloos
pur onvermengd; puur; zuiver gewoonweg; klinkklaar; puur; regelrecht; ronduit
purt onvermengd; puur; zuiver
ren gaaf; gekuist; gereinigd; kuis; maagdelijk; netjes; onaangeraakt; onbevlekt; ongerept; onschuldig; proper; puur; rein; schoon; virginaal; zuiver deugdzaam; eerzaam; gekuist; kuis; louter; net; netjes; onvermengd; onversneden; opgeruimd; ordelijk; pure; rein; schoon; zedig; zedig gemaakt; zuivere
rent gaaf; gekuist; gereinigd; kuis; maagdelijk; netjes; onaangeraakt; onbevlekt; ongerept; onschuldig; onvermengd; proper; puur; rein; schoon; virginaal; zuiver deugdzaam; eerzaam; gekuist; gewoonweg; klinkklaar; kuis; louter; net; onbevlekt; onbezoedeld; onschuldig; pure; puur; regelrecht; rein; ronduit; schoon; vlekkeloos; zedig; zedig gemaakt; zuivere
städad gekuist; gereinigd; netjes; zuiver gerangschikt; keurig; netjes; opgeruimd; ordelijk; proper; zorgvuldig
städat gekuist; gereinigd; netjes; zuiver gerangschikt; keurig; netjes; opgeruimd; ordelijk; proper; schoon; sec; zorgvuldig

Verwandte Wörter für "zuiver":


Synonyms for "zuiver":


Antonyme für "zuiver":


Verwandte Definitionen für "zuiver":

  1. geen namaak1
    • dat is zuiver goud1
  2. enkel en alleen1
    • zuiver vanwege de centen wil hij niet mee1
  3. helemaal zoals het hoort1
    • hij spreekt zuiver Nederlands1

Wiktionary Übersetzungen für zuiver:


Cross Translation:
FromToVia
zuiver klar; tydlig; ljus clair — Qui a l’éclat du jour, de la lumière.
zuiver klar; tydlig limpide — Qui est clair, transparent.
zuiver absolut parfait — Qui réunir toutes les qualités, sans nul mélange de défauts.
zuiver simpel; gedigen; idel; lutter; oblandad; pur; ram; ren; absolut pur — Qui est sans mélange.