Niederländisch
Detailübersetzungen für voorbij (Niederländisch) ins Schwedisch
voorbij:
-
voorbij (gepasseerd)
-
voorbij (verstreken; beëindigd; verlopen; vervallen)
-
voorbij (af; voltooid; over; klaar; uit; afgelopen; geëindigd; gereed; afgedaan)
-
voorbij (voltooid; klaar; beëindigd; over; afgelopen; gereed; uit; gedaan; af; gepleegd; geëindigd)
färdigt; avslutad; fullständig; fullständigt-
färdigt Adjektiv
-
avslutad Adjektiv
-
fullständig Adjektiv
-
fullständigt Adjektiv
-
Übersetzung Matrix für voorbij:
Verwandte Wörter für "voorbij":
Synonyms for "voorbij":
Verwandte Definitionen für "voorbij":
Computerübersetzung von Drittern: