Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. succes hebben:


Niederländisch

Detailübersetzungen für succes hebben (Niederländisch) ins Schwedisch

succes hebben:

succes hebben Verb (heb succes, hebt succes, had succes, hadden succes, succes gehad)

  1. succes hebben (slagen)
    vara framgångsrik

Konjugationen für succes hebben:

o.t.t.
  1. heb succes
  2. hebt succes
  3. hebt succes
  4. hebben succes
  5. hebben succes
  6. hebben succes
o.v.t.
  1. had succes
  2. had succes
  3. had succes
  4. hadden succes
  5. hadden succes
  6. hadden succes
v.t.t.
  1. heb succes gehad
  2. hebt succes gehad
  3. heeft succes gehad
  4. hebben succes gehad
  5. hebben succes gehad
  6. hebben succes gehad
v.v.t.
  1. had succes gehad
  2. had succes gehad
  3. had succes gehad
  4. hadden succes gehad
  5. hadden succes gehad
  6. hadden succes gehad
o.t.t.t.
  1. zal succes hebben
  2. zult succes hebben
  3. zal succes hebben
  4. zullen succes hebben
  5. zullen succes hebben
  6. zullen succes hebben
o.v.t.t.
  1. zou succes hebben
  2. zou succes hebben
  3. zou succes hebben
  4. zouden succes hebben
  5. zouden succes hebben
  6. zouden succes hebben
en verder
  1. ben succes gehad
  2. bent succes gehad
  3. is succes gehad
  4. zijn succes gehad
  5. zijn succes gehad
  6. zijn succes gehad
diversen
  1. heb succes!
  2. hebt succes!
  3. succes gehad
  4. succes hebbend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für succes hebben:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
vara framgångsrik slagen; succes hebben

Verwandte Übersetzungen für succes hebben