Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. snedigheid:
  2. snedig:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für snedigheid (Niederländisch) ins Schwedisch

snedigheid:


snedig:

snedig Adjektiv

  1. snedig (adrem; bijdehand; gevat; raak)
    smart
  2. snedig (gewiekst; uitgeslapen; gevat; gehaaid)
    vass; skarpt; vasst; skärpt
  3. snedig (scherpzinnig; slim; gevat; schrander; uitgeslapen)
    duktig; duktigt; kvick; slipat; skarpsinnigt; kvickt

Übersetzung Matrix für snedig:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
kvickt stroomversnelling
smart geniaal persoon; genie
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
duktig gevat; scherpzinnig; schrander; slim; snedig; uitgeslapen behendig; bekwaam; handig; kundig; vaardig; volleerd
duktigt gevat; scherpzinnig; schrander; slim; snedig; uitgeslapen behendig; bekwaam; competent; deskundig; fysiek in staat; handig; in staat; kundig; oordeelkundig; ter zake kundig; vaardig; vakbekwaam; vakkundig; volleerd
kvick gevat; scherpzinnig; schrander; slim; snedig; uitgeslapen bedachtzaam; correct; doordacht; dra; eerstdaags; gauw; nadenkend; pienter; raadzaam; spoedig; verstandig; weldenkend; weldra; wijs; wijselijk; zinnig
kvickt gevat; scherpzinnig; schrander; slim; snedig; uitgeslapen alert; bedachtzaam; correct; doordacht; nadenkend; oplettend; pienter; raadzaam; uitgeslapen; verstandig; wakker; weldenkend; wijs; wijselijk; zinnig
skarpsinnigt gevat; scherpzinnig; schrander; slim; snedig; uitgeslapen clever; kien; pienter; schrander; slim; snugger; uitgeslapen
skarpt gehaaid; gevat; gewiekst; snedig; uitgeslapen bijdehand; fel; gescherpt; hanig; hard; hoog; kien; messcherp; met een scherp oog; nauwlettend; pienter; pikant; pinnig; puntig; schel; scherp; scherp gepunt; scherpgerand; scherpklinkend; schril; slim; snerpend; snibbig; spits; uitgekookt; verlekkerd; vinnig; vlijmend
skärpt gehaaid; gevat; gewiekst; snedig; uitgeslapen
slipat gevat; scherpzinnig; schrander; slim; snedig; uitgeslapen gescherpt
smart adrem; bijdehand; gevat; raak; snedig bij de pinken; clever; geleerd; gis; goochem; intelligent; kien; schrander; slim; snugger; uitgeslapen; wijs
vass gehaaid; gevat; gewiekst; snedig; uitgeslapen bijdehand; kien; pienter; puntig; slim; spits; spitsig; spitsvormig; toegespitst; uitgekookt
vasst gehaaid; gevat; gewiekst; snedig; uitgeslapen bijdehand; kien; messcherp; pienter; puntig; scherp; slim; spits; spitsig; spitsvormig; toegespitst; uitgekookt

Verwandte Wörter für "snedig":

  • snedigheid, snediger, snedigere, snedigst, snedigste, snedige

Wiktionary Übersetzungen für snedig:


Cross Translation:
FromToVia
snedig amper; egg; gräll; gäll; skarp; subtil; spirituell findélié, menu, mince ou étroit.
snedig spirituell; andlig mental — Qui se fait, qui s’exécuter dans l’esprit, dans l’entendement.
snedig spirituell spirituel — Qui est de la nature de l'esprit, ou qui le concerne.

Computerübersetzung von Drittern: