Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. slonzig:


Niederländisch

Detailübersetzungen für slonzig (Niederländisch) ins Schwedisch

slonzig:

slonzig Adjektiv

  1. slonzig (morsig; slodderig; ranzig; )
    rörig; rörigt; strulig; struligt; oredigt
  2. slonzig (morsig; slordig; viezig; )
    smutsig; snuskig; smutsigt; snuskigt; sjaskigt

Übersetzung Matrix für slonzig:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
rörigt geknoei; gemors
smutsigt goorheid; groezeligheid; vuilheid
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
oredigt haveloos; morsig; ranzig; slodderig; slonzig; viezig; voddig; vunzig door elkaar heen; ongeregeld; onordelijk; ordeloos; rommelig; slordig; wanordelijk
rörig haveloos; morsig; ranzig; slodderig; slonzig; viezig; voddig; vunzig
rörigt haveloos; morsig; ranzig; slodderig; slonzig; viezig; voddig; vunzig
sjaskigt morsig; ranzig; slonzig; slordig; smerig; vies; viezig; voddig; vuil; vunzig aan lager wal; onordelijk; ordeloos; verlopen; wanordelijk
smutsig morsig; ranzig; slonzig; slordig; smerig; vies; viezig; voddig; vuil; vunzig bedoezeld; groezelig; morsig; onkies; onkuis; onrein; onzindelijk; smoezelig; viezig; zwijnachtig
smutsigt morsig; ranzig; slonzig; slordig; smerig; vies; viezig; voddig; vuil; vunzig baggerig; banaal; bedoezeld; bevlekt; drabbig; drassig; goor; groezelig; laag; met vuil bemorst; modderig; morsig; onverkwikkelijk; pruttig; ranzig; slibachtig; slibberig; slijkerig; smerig; smoezelig; stuitend; vies; viezig; vlekkig; vuig; vuil; walgelijk; weerzinwekkend; zwijnachtig
snuskig morsig; ranzig; slonzig; slordig; smerig; vies; viezig; voddig; vuil; vunzig banaal; grof; laag-bij-de-grond; lomp; plat; platvloers; schunnig; triviaal; vunzig
snuskigt morsig; ranzig; slonzig; slordig; smerig; vies; viezig; voddig; vuil; vunzig banaal; bedoezeld; groezelig; grof; laag-bij-de-grond; lomp; morsig; plat; platvloers; schunnig; smoezelig; triviaal; viezig; vunzig; zwijnachtig
strulig haveloos; morsig; ranzig; slodderig; slonzig; viezig; voddig; vunzig
struligt haveloos; morsig; ranzig; slodderig; slonzig; viezig; voddig; vunzig

Verwandte Wörter für "slonzig":