Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch: mehr Daten
-
partij:
- förehavande; tävling; spel; match; kamp; lag; grupp; gäng; mängd; vis summa; tillställning; fest; politiskt parti; fotbollsmatch
- parti
-
Wiktionary:
- partij → parti
Niederländisch
Detailübersetzungen für partij (Niederländisch) ins Schwedisch
partij:
-
de partij (wedstrijd; concours; strijd; pot)
-
de partij (team; ploeg)
-
de partij (hoeveelheid)
-
de partij (bepaalde hoeveelheid)
-
de partij (feest; party; festijn; partijtje)
-
de partij (politieke partij; factie)
-
de partij (voetbalwedstrijd; voetbalspel)
Übersetzung Matrix für partij:
Verwandte Wörter für "partij":
Synonyms for "partij":
Verwandte Definitionen für "partij":
Computerübersetzung von Drittern: