Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. opgepoetst:
  2. oppoetsen:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für opgepoetst (Niederländisch) ins Schwedisch

opgepoetst:

opgepoetst Adjektiv

  1. opgepoetst (gepoetst; gepolijst)
    putsad; putsat; polerad; polerat; blankat

Übersetzung Matrix für opgepoetst:

ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
blankat gepoetst; gepolijst; opgepoetst
polerad gepoetst; gepolijst; opgepoetst gepolijst; geslepen; gladgemaakt; gladgeslepen
polerat gepoetst; gepolijst; opgepoetst
putsad gepoetst; gepolijst; opgepoetst
putsat gepoetst; gepolijst; opgepoetst bepleisterd

opgepoetst form of oppoetsen:

oppoetsen Verb (poets op, poetst op, poetste op, poetsten op, opgepoetst)

  1. oppoetsen (opblinken; wrijven; poetsen; opwrijven)
    putsa; bona; polera; blanka; glätta
    • putsa Verb (putsar, putsade, putsat)
    • bona Verb (bonar, bonade, bonat)
    • polera Verb (polerar, polerade, polerat)
    • blanka Verb (blankar, blankade, blankat)
    • glätta Verb (glättar, glättade, glättat)

Konjugationen für oppoetsen:

o.t.t.
  1. poets op
  2. poetst op
  3. poetst op
  4. poetsen op
  5. poetsen op
  6. poetsen op
o.v.t.
  1. poetste op
  2. poetste op
  3. poetste op
  4. poetsten op
  5. poetsten op
  6. poetsten op
v.t.t.
  1. heb opgepoetst
  2. hebt opgepoetst
  3. heeft opgepoetst
  4. hebben opgepoetst
  5. hebben opgepoetst
  6. hebben opgepoetst
v.v.t.
  1. had opgepoetst
  2. had opgepoetst
  3. had opgepoetst
  4. hadden opgepoetst
  5. hadden opgepoetst
  6. hadden opgepoetst
o.t.t.t.
  1. zal oppoetsen
  2. zult oppoetsen
  3. zal oppoetsen
  4. zullen oppoetsen
  5. zullen oppoetsen
  6. zullen oppoetsen
o.v.t.t.
  1. zou oppoetsen
  2. zou oppoetsen
  3. zou oppoetsen
  4. zouden oppoetsen
  5. zouden oppoetsen
  6. zouden oppoetsen
en verder
  1. ben opgepoetst
  2. bent opgepoetst
  3. is opgepoetst
  4. zijn opgepoetst
  5. zijn opgepoetst
  6. zijn opgepoetst
diversen
  1. poets op!
  2. poetst op!
  3. opgepoetst
  4. oppoetsend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für oppoetsen:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
blanka opblinken; oppoetsen; opwrijven; poetsen; wrijven
bona opblinken; oppoetsen; opwrijven; poetsen; wrijven
glätta opblinken; oppoetsen; opwrijven; poetsen; wrijven
polera opblinken; oppoetsen; opwrijven; poetsen; wrijven effenen; egaliseren; gelijkmaken; gladmaken; gladwrijven; polijsten; politoeren; uitslijpen; wegslijpen
putsa opblinken; oppoetsen; opwrijven; poetsen; wrijven bepleisteren; plamuren; pleisteren; stukadoren; van pleister voorzien

Wiktionary Übersetzungen für oppoetsen:


Cross Translation:
FromToVia
oppoetsen polera; putsa polish — make a surface smooth or shiny
oppoetsen polera; putsa polish — refine; improve imperfections from