Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. nadrukkelijke:
  2. nadrukkelijk:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für nadrukkelijke (Niederländisch) ins Schwedisch

nadrukkelijke:

nadrukkelijke Adjektiv

  1. nadrukkelijke

Übersetzung Matrix für nadrukkelijke:

ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
eftertryckligt nadrukkelijke eerbiedwekkend; indrukwekkend; klemmend; medelevend; meelevend; meevoelend; met klem; met nadruk; nadrukkelijk; ruimhartig; uitdrukkelijk
med emfas nadrukkelijke

Verwandte Wörter für "nadrukkelijke":


nadrukkelijke form of nadrukkelijk:

nadrukkelijk Adjektiv

  1. nadrukkelijk (uitdrukkelijk; met nadruk; met klem; klemmend)
  2. nadrukkelijk (krachtig)
    betonat; betonad; emfatiskt

Übersetzung Matrix für nadrukkelijk:

ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
bestämd klemmend; met klem; met nadruk; nadrukkelijk; uitdrukkelijk beslist; besluitvaardig; doortastend; ferm; gedecideerd; kordaat; krachtdadig; krachtig; medelevend; meelevend; meevoelend; resoluut; ruimhartig; standvastig; vastberaden
bestämt klemmend; met klem; met nadruk; nadrukkelijk; uitdrukkelijk bepaald; beslist; doortastend; een zekere; ferm; kordaat; krachtdadig; krachtig; medelevend; meelevend; meevoelend; ruimhartig; standvastig
betonad krachtig; nadrukkelijk
betonat krachtig; nadrukkelijk ingediend; voorgelegd
eftertryckligt klemmend; met klem; met nadruk; nadrukkelijk; uitdrukkelijk eerbiedwekkend; indrukwekkend; medelevend; meelevend; meevoelend; nadrukkelijke; ruimhartig
emfatisk klemmend; met klem; met nadruk; nadrukkelijk; uitdrukkelijk
emfatiskt klemmend; krachtig; met klem; met nadruk; nadrukkelijk; uitdrukkelijk
kraftigt klemmend; met klem; met nadruk; nadrukkelijk; uitdrukkelijk corpulent; dik; doortastend; drastisch; erg; fel; ferm; flink; fors; forse; fysiek sterk; gezet; grof; grofgebouwd; heftig; hevig; intens; krachtdadig; krachtig; levenskrachtig; lijvig; lomp; massief; met een krachtige uitwerking; niet hol; omvangrijk; potig; robuust; ruw; sterk; stevig; struis; vitaal; volumineus; zwaar; zwaargebouwd; zwaarlijvig

Verwandte Wörter für "nadrukkelijk":

  • nadrukkelijkheid, nadrukkelijker, nadrukkelijkere, nadrukkelijkst, nadrukkelijkste, nadrukkelijke

Wiktionary Übersetzungen für nadrukkelijk:


Cross Translation:
FromToVia
nadrukkelijk emfatisk emphatic — characterized by emphasis
nadrukkelijk emfatisk emphatic — stated with conviction
nadrukkelijk eftertryckligt emphatically — in an emphatic manner
nadrukkelijk energisk energischnachdrücklich, mit Entschlossenheit