Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. mogendheden:
  2. mogendheid:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für mogendheden (Niederländisch) ins Schwedisch

mogendheden:

mogendheden [de ~] Nomen, Plural

  1. de mogendheden (mogendheid)
    makt

Übersetzung Matrix für mogendheden:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
makt mogendheden; mogendheid autoriteit; beheersing; capaciteit; gezag; heerschappij; kracht; macht; mate van bekwaamheid; vermogen

Verwandte Wörter für "mogendheden":


mogendheid:

mogendheid [de ~ (v)] Nomen

  1. de mogendheid (mogendheden)
    makt

Übersetzung Matrix für mogendheid:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
makt mogendheden; mogendheid autoriteit; beheersing; capaciteit; gezag; heerschappij; kracht; macht; mate van bekwaamheid; vermogen

Verwandte Wörter für "mogendheid":


Wiktionary Übersetzungen für mogendheid:


Cross Translation:
FromToVia
mogendheid makt; herravälde; myndighet; kraft; förmåga; styrka puissancepouvoir d’imposer son autorité.