Home ->Wörterbücher ->Niederländisch/Schwedisch ->übersetze knuffelen

übersetze knuffelen von Niederländische ins Schwedisch

Übersicht

Niederländisch nach Schwedisch: mehr Daten

knuffelen:
- omfamna; kela; krama; gosa
knuffel:
- kram; smekning
Wiktionary:
- knuffelen → gosa, kela, hålla om, krama, omfamna, kram
- knuffel → omfamning, kram, plysch

Niederländisch

Detailübersetzungen für knuffelen (Niederländisch) ins Schwedisch

knuffelen:

knuffelen Verb (knuffel, knuffelt, knuffelde, knuffelden, geknuffeld)

knuffelen (liefkozen)
omfamna; kela; krama; gosa
- omfamna Verb (omfamnar, omfamnade, omfamnat)
- kela Verb (kelar, kelade, kelat)
- krama Verb (kramar, kramade, kramat)
- gosa Verb (gosar, gosade, gosat)

Konjugationen für knuffelen:

o.t.t.

knuffel
knuffelt
knuffelt
knuffelen
knuffelen
knuffelen

o.v.t.

knuffelde
knuffelde
knuffelde
knuffelden
knuffelden
knuffelden

v.t.t.

heb geknuffeld
hebt geknuffeld
heeft geknuffeld
hebben geknuffeld
hebben geknuffeld
hebben geknuffeld

v.v.t.

had geknuffeld
had geknuffeld
had geknuffeld
hadden geknuffeld
hadden geknuffeld
hadden geknuffeld

o.t.t.t.

zal knuffelen
zult knuffelen
zal knuffelen
zullen knuffelen
zullen knuffelen
zullen knuffelen

o.v.t.t.

zou knuffelen
zou knuffelen
zou knuffelen
zouden knuffelen
zouden knuffelen
zouden knuffelen

en verder

ben geknuffeld
bent geknuffeld
is geknuffeld
zijn geknuffeld
zijn geknuffeld
zijn geknuffeld

diversen

knuffel!
knuffelt!
geknuffeld
knuffelend

1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für knuffelen:

Noun	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
kela		geminnekoos; gevrij; vrijerij
krama		geminnekoos; gevrij; vrijerij
Verb	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
gosa	knuffelen; liefkozen
kela	knuffelen; liefkozen	kazen
krama	knuffelen; liefkozen	dichtknijpen; drukken; knellen; kozen; omarmen; omhelzen; omstrengelen; strak zitten
omfamna	knuffelen; liefkozen

Verwandte Wörter für "knuffelen":

knuffel

Wiktionary Übersetzungen für knuffelen:

Cross Translation:

From	To	Via
• knuffelen	→ gosa; kela	↔ cuddle — embrace, lie together snugly
• knuffelen	→ hålla om; gosa	↔ cuddle — cradle in one's arms
• knuffelen	→ krama; omfamna	↔ embrace — to hug (a person)
• knuffelen	→ krama; omfamna	↔ hug — embrace
• knuffelen	→ kram	↔ hug — affectionate embrace

knuffelen form of knuffel:

knuffel [de ~ (m)] Nomen

de knuffel (liefkozing)
kram; smekning
- kram [-en] Nomen
- smekning [-en] Nomen

Übersetzung Matrix für knuffel:

Noun	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
kram	knuffel; liefkozing	aanhalen; aanhaling; knuffelpartij; liefkozing; omarming; omhelzing; schietsleuf; streling
smekning	knuffel; liefkozing	aai; aaiing; aanhalen; aanhaling; gestreel; liefkozing; streling; vleien

Verwandte Wörter für "knuffel":

knuffelen, knuffels, knuffeltje

Wiktionary Übersetzungen für knuffel:

Cross Translation:

From	To	Via
• knuffel	→ omfamning; kram	↔ embrace — hug
• knuffel	→ kram	↔ hug — affectionate embrace
• knuffel	→ plysch	↔ peluche — text\|fr étoffe de laine, de soie, de fil, analogue au velours, mais dont le poil est long, couché et brillant.