Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch: mehr Daten
- heruitzenden:
-
Wiktionary:
- heruitzenden → kräkas, spy, neka, vägra, tacka nej till, förjaga, missbilliga, vrida, vända, blanda, sammanblanda
Niederländisch
Detailübersetzungen für heruitzenden (Niederländisch) ins Schwedisch
heruitzenden:
-
heruitzenden
Konjugationen für heruitzenden:
o.t.t.
- heruitzend
- heruitzendt
- heruitzendt
- heruitzenden
- heruitzenden
- heruitzenden
o.v.t.
- heruitzond
- heruitzond
- heruitzond
- heruitzonden
- heruitzonden
- heruitzonden
v.t.t.
- heb heruitgezonden
- hebt heruitgezonden
- heeft heruitgezonden
- hebben heruitgezonden
- hebben heruitgezonden
- hebben heruitgezonden
v.v.t.
- had heruitgezonden
- had heruitgezonden
- had heruitgezonden
- hadden heruitgezonden
- hadden heruitgezonden
- hadden heruitgezonden
o.t.t.t.
- zal heruitzenden
- zult heruitzenden
- zal heruitzenden
- zullen heruitzenden
- zullen heruitzenden
- zullen heruitzenden
o.v.t.t.
- zou heruitzenden
- zou heruitzenden
- zou heruitzenden
- zouden heruitzenden
- zouden heruitzenden
- zouden heruitzenden
en verder
- is heruitgezonden
- zijn heruitgezonden
diversen
- heruitzend!
- heruitzendt!
- heruitgezonden
- heruitzendend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Übersetzung Matrix für heruitzenden:
Verb | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
återutsända | heruitzenden |
Wiktionary Übersetzungen für heruitzenden:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• heruitzenden | → kräkas; spy; neka; vägra; tacka nej till | ↔ rejeter — Traductions à trier suivant le sens |
• heruitzenden | → förjaga | ↔ renvoyer — envoyer de nouveau. |
• heruitzenden | → tacka nej till; neka; vägra; missbilliga; förjaga | ↔ repousser — Pousser en arrière, rejeter ; faire reculer quelqu’un, écarter de soi quelque chose. |
• heruitzenden | → vrida; vända; blanda; sammanblanda | ↔ retourner — aller de nouveau en un lieu. |