Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. grenzeloosheid:
  2. grenzeloos:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für grenzeloosheid (Niederländisch) ins Schwedisch

grenzeloosheid:

grenzeloosheid [de ~ (v)] Nomen

  1. de grenzeloosheid (mateloosheid)

Übersetzung Matrix für grenzeloosheid:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
omåttlighet grenzeloosheid; mateloosheid buitenissigheid; buitensporigheid; exces; uitspatting; uitwas
övermått grenzeloosheid; mateloosheid

Verwandte Wörter für "grenzeloosheid":


grenzeloos:

grenzeloos Adjektiv

  1. grenzeloos

Übersetzung Matrix für grenzeloos:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
oändligt eeuwigheid; eindeloosheid; eindeloze duur; oneindigheid
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
ofantlig grenzeloos huizehoog
ofantligt grenzeloos gigantisch; huizehoog; immens; kolossaal; onafzienbaar; reusachtig; zeer groot
oändligt grenzeloos eindeloos; ellenlang; immens; oeverloos; onmetelijk; ontzaglijk; ontzettend lang; peilloos; waar geen eind aan komt
vidsträckt grenzeloos

Verwandte Wörter für "grenzeloos":


Wiktionary Übersetzungen für grenzeloos:


Cross Translation:
FromToVia
grenzeloos gränslös; hejdlös; obegränsad; oändlig illimité — Qui n’a pas de limites.

Computerübersetzung von Drittern: