Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. flauwvallen:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für flauwvallen (Niederländisch) ins Schwedisch

flauwvallen:

flauwvallen Verb (val flauw, valt flauw, viel flauw, vielen flauw, flauwgevallen)

  1. flauwvallen (wegraken)
    svimma
    • svimma Verb (svimmar, svimmade, svimmat)

Konjugationen für flauwvallen:

o.t.t.
  1. val flauw
  2. valt flauw
  3. valt flauw
  4. vallen flauw
  5. vallen flauw
  6. vallen flauw
o.v.t.
  1. viel flauw
  2. viel flauw
  3. viel flauw
  4. vielen flauw
  5. vielen flauw
  6. vielen flauw
v.t.t.
  1. ben flauwgevallen
  2. bent flauwgevallen
  3. is flauwgevallen
  4. zijn flauwgevallen
  5. zijn flauwgevallen
  6. zijn flauwgevallen
v.v.t.
  1. was flauwgevallen
  2. was flauwgevallen
  3. was flauwgevallen
  4. waren flauwgevallen
  5. waren flauwgevallen
  6. waren flauwgevallen
o.t.t.t.
  1. zal flauwvallen
  2. zult flauwvallen
  3. zal flauwvallen
  4. zullen flauwvallen
  5. zullen flauwvallen
  6. zullen flauwvallen
o.v.t.t.
  1. zou flauwvallen
  2. zou flauwvallen
  3. zou flauwvallen
  4. zouden flauwvallen
  5. zouden flauwvallen
  6. zouden flauwvallen
diversen
  1. val flauw!
  2. valt flauw!
  3. flauwgevallen
  4. flauwvallend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für flauwvallen:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
svimma flauwvallen; wegraken in katzwijm vallen; zwijmelen

Wiktionary Übersetzungen für flauwvallen:


Cross Translation:
FromToVia
flauwvallen svimma faint — to lose consciousness
flauwvallen svimma swoon — to faint
flauwvallen svimma s’évanouir — Perdre connaissance