Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. beperktheid:
  2. beperkt:


Niederländisch

Detailübersetzungen für beperktheid (Niederländisch) ins Schwedisch

beperktheid:

beperktheid [de ~ (v)] Nomen

  1. de beperktheid (eenzijdigheid)

Übersetzung Matrix für beperktheid:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
begränsning beperktheid; eenzijdigheid aanvraagbeperking; beperking; restrictie
inskränkthet beperktheid; eenzijdigheid benepenheid
småaktighet beperktheid; eenzijdigheid

Verwandte Wörter für "beperktheid":


beperkt:

beperkt Adjektiv

  1. beperkt (gelimiteerd; geborneerd)

Übersetzung Matrix für beperkt:

ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
begränsad begrensd; beperkt; geborneerd; gelimiteerd ingeperkt
begränsat begrensd; beperkt; geborneerd; gelimiteerd aan een kant beschrijfbaar; eenzijdig; ingeperkt
limiterat begrensd; beperkt; geborneerd; gelimiteerd

Verwandte Wörter für "beperkt":