Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. aandringen:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für aandring (Niederländisch) ins Schwedisch

aandringen:

aandringen Verb (dring aan, dringt aan, drong aan, drongen aan, aangedrongen)

  1. aandringen (aanhouden; op iets aandringen)
    insistera
    • insistera Verb (insisterar, insisterade, insisterat)
  2. aandringen (zeuren; drammen; doordrukken; doordrammen)
    tjata
    • tjata Verb (tjatar, tjatade, tjatat)

Konjugationen für aandringen:

o.t.t.
  1. dring aan
  2. dringt aan
  3. dringt aan
  4. dringen aan
  5. dringen aan
  6. dringen aan
o.v.t.
  1. drong aan
  2. drong aan
  3. drong aan
  4. drongen aan
  5. drongen aan
  6. drongen aan
v.t.t.
  1. heb aangedrongen
  2. hebt aangedrongen
  3. heeft aangedrongen
  4. hebben aangedrongen
  5. hebben aangedrongen
  6. hebben aangedrongen
v.v.t.
  1. had aangedrongen
  2. had aangedrongen
  3. had aangedrongen
  4. hadden aangedrongen
  5. hadden aangedrongen
  6. hadden aangedrongen
o.t.t.t.
  1. zal aandringen
  2. zult aandringen
  3. zal aandringen
  4. zullen aandringen
  5. zullen aandringen
  6. zullen aandringen
o.v.t.t.
  1. zou aandringen
  2. zou aandringen
  3. zou aandringen
  4. zouden aandringen
  5. zouden aandringen
  6. zouden aandringen
diversen
  1. dring aan!
  2. dringt aan!
  3. aangedrongen
  4. aandringende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für aandringen:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
insistera aandringen; aanhouden; op iets aandringen niet terugnemen
tjata aandringen; doordrammen; doordrukken; drammen; zeuren betuttelen; etteren; griepen; jennen; klieren; pesten; plagen; sarren; stangen; tarten; tergen; treiteren; uitdagen; zeiken; zieken

Wiktionary Übersetzungen für aandringen:


Cross Translation:
FromToVia
aandringen trycka presserexercer une pression, serrer plus ou moins fort.