Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. gericht:
  2. richten:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für gericht (Niederländisch) ins Schwedisch

gericht:

gericht Adjektiv

  1. gericht
    tillägnad; riktad

Übersetzung Matrix für gericht:

ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
riktad gericht
tillägnad gericht toegedaan

Verwandte Wörter für "gericht":


Wiktionary Übersetzungen für gericht:


Cross Translation:
FromToVia
gericht riktad gezielt — auf ein Ziel ausgerichtet

gericht form of richten:

richten Verb (richt, richtte, richtten, gericht)

  1. richten (in een bep. richting plaatsen; mikken)
    rikta; sikta; måtta
    • rikta Verb (riktar, riktade, riktat)
    • sikta Verb (siktar, siktade, siktat)
    • måtta Verb (måttar, måttadde, mått)
  2. richten (uitlijnen; uitbalanceren)
    ställa sig i linje

Konjugationen für richten:

o.t.t.
  1. richt
  2. richt
  3. richt
  4. richten
  5. richten
  6. richten
o.v.t.
  1. richtte
  2. richtte
  3. richtte
  4. richtten
  5. richtten
  6. richtten
v.t.t.
  1. heb gericht
  2. hebt gericht
  3. heeft gericht
  4. hebben gericht
  5. hebben gericht
  6. hebben gericht
v.v.t.
  1. had gericht
  2. had gericht
  3. had gericht
  4. hadden gericht
  5. hadden gericht
  6. hadden gericht
o.t.t.t.
  1. zal richten
  2. zult richten
  3. zal richten
  4. zullen richten
  5. zullen richten
  6. zullen richten
o.v.t.t.
  1. zou richten
  2. zou richten
  3. zou richten
  4. zouden richten
  5. zouden richten
  6. zouden richten
en verder
  1. is gericht
  2. zijn gericht
diversen
  1. richt!
  2. richt!
  3. gericht
  4. richtend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für richten:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
måtta gematigdheid; ingetogenheid; matigheid; stemmigheid
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
måtta in een bep. richting plaatsen; mikken; richten
rikta in een bep. richting plaatsen; mikken; richten rechtbuigen; regisseren
sikta in een bep. richting plaatsen; mikken; richten
ställa sig i linje richten; uitbalanceren; uitlijnen

Verwandte Definitionen für "richten":

  1. het naar een bepaalde kant sturen1
    • hij richtte met zijn geweer op de benen van de inbreker1
  2. je aandacht erop vestigen1
    • hij richt zich helemaal op het examen1
  3. je naar hem toe keren1
    • ik richtte mij tot de directeur1

Wiktionary Übersetzungen für richten:


Cross Translation:
FromToVia
richten vända richten — einen Gegenstand auf jemanden lenken, zielen, deuten

Verwandte Übersetzungen für gericht