Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. benig:
  2. Wiktionary:
Schwedisch nach Niederländisch:   mehr Daten
  1. benig:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für benig (Niederländisch) ins Schwedisch

benig:

benig Adjektiv

  1. benig
    benig
  2. benig (beenachtig; op een been lijkend)
    knotig; benigt; knotigt

Übersetzung Matrix für benig:

ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
benig benig bonkig; gratig; knokig; scharminkelig; schonkig; vol graten
benigt beenachtig; benig; op een been lijkend beenachtig; bonkig; botachtig; graatachtig; graatmager; gratig; knokig; op een bot lijkend; scharminkelig; schonkig; totaal vermagerd; vellerig; vol graten
knotig beenachtig; benig; op een been lijkend hoekig; met hoeken
knotigt beenachtig; benig; op een been lijkend hoekig; met hoeken; schonkig

Verwandte Wörter für "benig":

  • benige

Wiktionary Übersetzungen für benig:


Cross Translation:
FromToVia
benig benig; knotig; ben- osseux — Qui est de la nature des os, qui a rapport aux os.

Computerübersetzung von Drittern:


Schwedisch

Detailübersetzungen für benig (Schwedisch) ins Niederländisch

benig:

benig Adjektiv

  1. benig (benigt)
    gratig; vol graten
  2. benig (benigt)
    bonkig
  3. benig
    benig
  4. benig (knokig; smalt; benigt; knokigt)
  5. benig (knotigt; benigt)
    schonkig

Übersetzung Matrix für benig:

AdjectiveVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
benig benig benigt; knotig; knotigt
bonkig benig; benigt
gratig benig; benigt
knokig benig; benigt; knokig; knokigt; smalt
schonkig benig; benigt; knotigt
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
scharminkelig benig; benigt; knokig; knokigt; smalt
vol graten benig; benigt

Synonyms for "benig":


Wiktionary Übersetzungen für benig:


Cross Translation:
FromToVia
benig benig; knokig; schonkig osseux — Qui est de la nature des os, qui a rapport aux os.

Computerübersetzung von Drittern: