Niederländisch
Detailed Synonyms for lakken in Niederländisch
lakken:
-
lakken
-
lakken
Konjugationen für lakken:
o.t.t.
- lak
- lakt
- lakt
- lakken
- lakken
- lakken
o.v.t.
- lakte
- lakte
- lakte
- lakten
- lakten
- lakten
v.t.t.
- heb gelakt
- hebt gelakt
- heeft gelakt
- hebben gelakt
- hebben gelakt
- hebben gelakt
v.v.t.
- had gelakt
- had gelakt
- had gelakt
- hadden gelakt
- hadden gelakt
- hadden gelakt
o.t.t.t.
- zal lakken
- zult lakken
- zal lakken
- zullen lakken
- zullen lakken
- zullen lakken
o.v.t.t.
- zou lakken
- zou lakken
- zou lakken
- zouden lakken
- zouden lakken
- zouden lakken
diversen
- lak!
- lakt!
- gelakt
- lakkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Verwandte Wörter für "lakken":
lakken form of lak:
-
de lak
-
de lak
– soort verf die doorzichtig of gekleurd is 1