Übersicht
Niederländisch Synonyms:   mehr Daten
  1. gespecialiseerd:
  2. specialiseren:


Niederländisch

Detailed Synonyms for gespecialiseerd in Niederländisch

gespecialiseerd:

gespecialiseerd Adjektiv

  1. gespecialiseerd

gespecialiseerd form of specialiseren:

specialiseren Verb (specialiseer, specialiseert, specialiseerde, specialiseerden, gespecialiseerd)

  1. specialiseren
    specialiseren
    • specialiseren Verb (specialiseer, specialiseert, specialiseerde, specialiseerden, gespecialiseerd)

Konjugationen für specialiseren:

o.t.t.
  1. specialiseer
  2. specialiseert
  3. specialiseert
  4. specialiseren
  5. specialiseren
  6. specialiseren
o.v.t.
  1. specialiseerde
  2. specialiseerde
  3. specialiseerde
  4. specialiseerden
  5. specialiseerden
  6. specialiseerden
v.t.t.
  1. heb gespecialiseerd
  2. hebt gespecialiseerd
  3. heeft gespecialiseerd
  4. hebben gespecialiseerd
  5. hebben gespecialiseerd
  6. hebben gespecialiseerd
v.v.t.
  1. had gespecialiseerd
  2. had gespecialiseerd
  3. had gespecialiseerd
  4. hadden gespecialiseerd
  5. hadden gespecialiseerd
  6. hadden gespecialiseerd
o.t.t.t.
  1. zal specialiseren
  2. zult specialiseren
  3. zal specialiseren
  4. zullen specialiseren
  5. zullen specialiseren
  6. zullen specialiseren
o.v.t.t.
  1. zou specialiseren
  2. zou specialiseren
  3. zou specialiseren
  4. zouden specialiseren
  5. zouden specialiseren
  6. zouden specialiseren
en verder
  1. ben gespecialiseerd
  2. bent gespecialiseerd
  3. is gespecialiseerd
  4. zijn gespecialiseerd
  5. zijn gespecialiseerd
  6. zijn gespecialiseerd
diversen
  1. specialiseer!
  2. specialiseert!
  3. gespecialiseerd
  4. specialiserend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze