Niederländisch
Detailed Synonyms for geleid in Niederländisch
geleid:
geleid form of geleiden:
-
geleiden
Konjugationen für geleiden:
o.t.t.
- geleid
- geleidt
- geleidt
- geleiden
- geleiden
- geleiden
o.v.t.
- geleidde
- geleidde
- geleidde
- geleidden
- geleidden
- geleidden
v.t.t.
- heb geleid
- hebt geleid
- heeft geleid
- hebben geleid
- hebben geleid
- hebben geleid
v.v.t.
- had geleid
- had geleid
- had geleid
- hadden geleid
- hadden geleid
- hadden geleid
o.t.t.t.
- zal geleiden
- zult geleiden
- zal geleiden
- zullen geleiden
- zullen geleiden
- zullen geleiden
o.v.t.t.
- zou geleiden
- zou geleiden
- zou geleiden
- zouden geleiden
- zouden geleiden
- zouden geleiden
en verder
- ben geleid
- bent geleid
- is geleid
- zijn geleid
- zijn geleid
- zijn geleid
diversen
- geleid!
- geleidt!
- geleid
- geleidend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
leiden:
-
leiden
-
leiden
-
leiden
-
leiden
– aangeven wat er moet gebeuren 1 -
leiden
– vooropgaan of bovenaan staan 1 -
leiden
– in een bepaalde richting gaan 1
Konjugationen für leiden:
o.t.t.
- leid
- leidt
- leidt
- leiden
- leiden
- leiden
o.v.t.
- leidde
- leidde
- leidde
- leidden
- leidden
- leidden
v.t.t.
- heb geleid
- hebt geleid
- heeft geleid
- hebben geleid
- hebben geleid
- hebben geleid
v.v.t.
- had geleid
- had geleid
- had geleid
- hadden geleid
- hadden geleid
- hadden geleid
o.t.t.t.
- zal leiden
- zult leiden
- zal leiden
- zullen leiden
- zullen leiden
- zullen leiden
o.v.t.t.
- zou leiden
- zou leiden
- zou leiden
- zouden leiden
- zouden leiden
- zouden leiden
en verder
- ben geleid
- bent geleid
- is geleid
- zijn geleid
- zijn geleid
- zijn geleid
diversen
- leid!
- leidt!
- geleid
- leidend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze