Niederländisch
Detailübersetzungen für zoent (Niederländisch) ins Französisch
zoent form of zoenen:
-
zoenen (kussen)
faire la bise; embrasser; donner un baiser à-
faire la bise Verb
-
embrasser Verb (embrasse, embrasses, embrassons, embrassez, embrassent, embrassais, embrassait, embrassions, embrassiez, embrassaient, embrassai, embrassas, embrassa, embrassâmes, embrassâtes, embrassèrent, embrasserai, embrasseras, embrassera, embrasserons, embrasserez, embrasseront)
-
donner un baiser à Verb
-
Konjugationen für zoenen:
o.t.t.
- zoen
- zoent
- zoent
- zoenen
- zoenen
- zoenen
o.v.t.
- zoende
- zoende
- zoende
- zoenden
- zoenden
- zoenden
v.t.t.
- heb gezoend
- hebt gezoend
- heeft gezoend
- hebben gezoend
- hebben gezoend
- hebben gezoend
v.v.t.
- had gezoend
- had gezoend
- had gezoend
- hadden gezoend
- hadden gezoend
- hadden gezoend
o.t.t.t.
- zal zoenen
- zult zoenen
- zal zoenen
- zullen zoenen
- zullen zoenen
- zullen zoenen
o.v.t.t.
- zou zoenen
- zou zoenen
- zou zoenen
- zouden zoenen
- zouden zoenen
- zouden zoenen
diversen
- zoen!
- zoent!
- gezoend
- zoenend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Übersetzung Matrix für zoenen:
Verb | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
donner un baiser à | kussen; zoenen | |
embrasser | kussen; zoenen | knuffelen; liefkozen; omarmen; omhelzen; omstrengelen |
faire la bise | kussen; zoenen |