Übersicht
Niederländisch nach Französisch:   mehr Daten
  1. veralgemeniseren:


Niederländisch

Detailübersetzungen für veralgemeniseren (Niederländisch) ins Französisch

veralgemeniseren:

veralgemeniseren Verb (veralgemeniseer, veralgemeniseert, veralgemeniseerde, veralgemeniseerden, veralgemeniseerd)

  1. veralgemeniseren (generaliseren; globaliseren; veralgemenen)
    généraliser
    • généraliser Verb (généralise, généralises, généralisons, généralisez, )

Konjugationen für veralgemeniseren:

o.t.t.
  1. veralgemeniseer
  2. veralgemeniseert
  3. veralgemeniseert
  4. veralgemeniseren
  5. veralgemeniseren
  6. veralgemeniseren
o.v.t.
  1. veralgemeniseerde
  2. veralgemeniseerde
  3. veralgemeniseerde
  4. veralgemeniseerden
  5. veralgemeniseerden
  6. veralgemeniseerden
v.t.t.
  1. heb veralgemeniseerd
  2. hebt veralgemeniseerd
  3. heeft veralgemeniseerd
  4. hebben veralgemeniseerd
  5. hebben veralgemeniseerd
  6. hebben veralgemeniseerd
v.v.t.
  1. had veralgemeniseerd
  2. had veralgemeniseerd
  3. had veralgemeniseerd
  4. hadden veralgemeniseerd
  5. hadden veralgemeniseerd
  6. hadden veralgemeniseerd
o.t.t.t.
  1. zal veralgemeniseren
  2. zult veralgemeniseren
  3. zal veralgemeniseren
  4. zullen veralgemeniseren
  5. zullen veralgemeniseren
  6. zullen veralgemeniseren
o.v.t.t.
  1. zou veralgemeniseren
  2. zou veralgemeniseren
  3. zou veralgemeniseren
  4. zouden veralgemeniseren
  5. zouden veralgemeniseren
  6. zouden veralgemeniseren
diversen
  1. veralgemeniseer!
  2. veralgemeniseert!
  3. veralgemeniseerd
  4. veralgemeniserend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für veralgemeniseren:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
généraliser generaliseren; globaliseren; veralgemenen; veralgemeniseren over één kam scheren