Übersicht
Niederländisch nach Französisch:   mehr Daten
  1. uit elkaar:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für uit elkaar (Niederländisch) ins Französisch

uit elkaar:

uit elkaar Adjektiv

  1. uit elkaar (uit elkander; uiteen; uitelkaar; )
    séparé; en deux; séparément

Übersetzung Matrix für uit elkaar:

ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
en deux uit elkaar; uit elkander; uiteen; uitelkaar; van elkaar; van elkander; vaneen doormidden; middendoor
séparé uit elkaar; uit elkander; uiteen; uitelkaar; van elkaar; van elkander; vaneen afgescheiden; afzonderlijk; apart; gesepareerd; ontbonden; opgeheven; separaat; uiteengegaan; uiteengevallen
séparément uit elkaar; uit elkander; uiteen; uitelkaar; van elkaar; van elkander; vaneen afzonderlijk; apart; separaat

Wiktionary Übersetzungen für uit elkaar:


Cross Translation:
FromToVia
uit elkaar en morceaux asunder — into separate parts

Verwandte Übersetzungen für uit elkaar