Niederländisch
Detailübersetzungen für toevouwen (Niederländisch) ins Französisch
toevouwen:
-
toevouwen
plier; plier en deux-
plier Verb (plie, plies, plions, pliez, plient, pliais, pliait, pliions, pliiez, pliaient, pliai, plias, plia, pliâmes, pliâtes, plièrent, plierai, plieras, pliera, plierons, plierez, plieront)
-
plier en deux Verb
-
Konjugationen für toevouwen:
o.t.t.
- vouw toe
- vouwt toe
- vouwt toe
- vouwen toe
- vouwen toe
- vouwen toe
o.v.t.
- vouwde toe
- vouwde toe
- vouwde toe
- vouwden toe
- vouwden toe
- vouwden toe
v.t.t.
- heb toegevouwen
- hebt toegevouwen
- heeft toegevouwen
- hebben toegevouwen
- hebben toegevouwen
- hebben toegevouwen
v.v.t.
- had toegevouwen
- had toegevouwen
- had toegevouwen
- hadden toegevouwen
- hadden toegevouwen
- hadden toegevouwen
o.t.t.t.
- zal toevouwen
- zult toevouwen
- zal toevouwen
- zullen toevouwen
- zullen toevouwen
- zullen toevouwen
o.v.t.t.
- zou toevouwen
- zou toevouwen
- zou toevouwen
- zouden toevouwen
- zouden toevouwen
- zouden toevouwen
en verder
- ben toegevouwen
- bent toegevouwen
- is toegevouwen
- zijn toegevouwen
- zijn toegevouwen
- zijn toegevouwen
diversen
- vouw toe!
- vouwt toe!
- toegevouwen
- toevouwend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Übersetzung Matrix für toevouwen:
Verb | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
plier | toevouwen | buigen; eer betuigen; krom buigen; krommen; neigen; ombuigen; omknikken; omvouwen; ontvouwen; openspreiden; openvouwen; opvouwen; overhellen; overhellen tot een denkwijze; plooien; samenvouwen; ten dele vouwen; tenderen naar; uitklappen; uitslaan; uitspreiden; uitvouwen; uitwringen; verbuigen; vouwen; welven; wringen |
plier en deux | toevouwen | dubbel vouwen; dubbelvouwen; opvouwen; vouwen |