Übersicht
Niederländisch nach Französisch:   mehr Daten
  1. sloffen:


Niederländisch

Detailübersetzungen für slofte (Niederländisch) ins Französisch

slofte form of sloffen:

sloffen Verb (slof, sloft, slofte, sloften, gesloft)

  1. sloffen (schuifelen)

Konjugationen für sloffen:

o.t.t.
  1. slof
  2. sloft
  3. sloft
  4. sloffen
  5. sloffen
  6. sloffen
o.v.t.
  1. slofte
  2. slofte
  3. slofte
  4. sloften
  5. sloften
  6. sloften
v.t.t.
  1. heb gesloft
  2. hebt gesloft
  3. heeft gesloft
  4. hebben gesloft
  5. hebben gesloft
  6. hebben gesloft
v.v.t.
  1. had gesloft
  2. had gesloft
  3. had gesloft
  4. hadden gesloft
  5. hadden gesloft
  6. hadden gesloft
o.t.t.t.
  1. zal sloffen
  2. zult sloffen
  3. zal sloffen
  4. zullen sloffen
  5. zullen sloffen
  6. zullen sloffen
o.v.t.t.
  1. zou sloffen
  2. zou sloffen
  3. zou sloffen
  4. zouden sloffen
  5. zouden sloffen
  6. zouden sloffen
en verder
  1. ben gesloft
  2. bent gesloft
  3. is gesloft
  4. zijn gesloft
  5. zijn gesloft
  6. zijn gesloft
diversen
  1. slof!
  2. sloft!
  3. gesloft
  4. sloffend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

sloffen [de ~] Nomen, Plural

  1. de sloffen (pantoffels)
    la pantoufles; l'espadrilles

Übersetzung Matrix für sloffen:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
espadrilles pantoffels; sloffen
pantoufles pantoffels; sloffen
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
traîner les pieds schuifelen; sloffen een slepende gang hebben; sjokken; voortsukkelen

Verwandte Wörter für "sloffen":