Übersicht
Niederländisch nach Französisch:   mehr Daten
  1. slaag:
  2. slagen:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für slaag (Niederländisch) ins Französisch

slaag:

slaag [znw.] Nomen

  1. slaag (aframmeling; pak rammel)
    la raclée; la correction; la rossée

Übersetzung Matrix für slaag:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
correction aframmeling; pak rammel; slaag correctie; herstelling; rectificatie; verbetering
raclée aframmeling; pak rammel; slaag afranselen; afranseling; afrossen; pak slaag; rammel
rossée aframmeling; pak rammel; slaag afranselen; afranseling; afrossen; pak slaag

Verwandte Wörter für "slaag":

  • slaags

Verwandte Definitionen für "slaag":

  1. klappen1
    • ik kreeg slaag als ik te laat thuiskwam1

slagen:

slagen [het ~] Nomen

  1. het slagen (lukken; gelukken)
    la réussite; le succès; la prospérité; la chance

slagen Verb (slaag, slaagt, slaagde, slaagden, geslaagd)

  1. slagen (succes hebben)
    réussir; parvenir; avoir du succès
    • réussir Verb (réussis, réussit, réussissons, réussissez, )
    • parvenir Verb (parviens, parvient, parvenons, parvenez, )

Konjugationen für slagen:

o.t.t.
  1. slaag
  2. slaagt
  3. slaagt
  4. slagen
  5. slagen
  6. slagen
o.v.t.
  1. slaagde
  2. slaagde
  3. slaagde
  4. slaagden
  5. slaagden
  6. slaagden
v.t.t.
  1. ben geslaagd
  2. bent geslaagd
  3. is geslaagd
  4. zijn geslaagd
  5. zijn geslaagd
  6. zijn geslaagd
v.v.t.
  1. was geslaagd
  2. was geslaagd
  3. was geslaagd
  4. waren geslaagd
  5. waren geslaagd
  6. waren geslaagd
o.t.t.t.
  1. zal slagen
  2. zult slagen
  3. zal slagen
  4. zullen slagen
  5. zullen slagen
  6. zullen slagen
o.v.t.t.
  1. zou slagen
  2. zou slagen
  3. zou slagen
  4. zouden slagen
  5. zouden slagen
  6. zouden slagen
diversen
  1. slaag!
  2. slaagt!
  3. geslaagd
  4. slagend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für slagen:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
chance gelukken; lukken; slagen bof; buitenkansje; fortuin; fortuintje; gelegenheid; geluk; geluk hebbend; gelukje; gelukkig toeval; gelukkigheid; gelukstreffer; gelukzaligheid; heerlijkheid; het gelukkig-zijn; kans; mazzel; mazzeltje; meevaller; mogelijkheid; opsteker; toevalstreffer; tref; treffer; voordeel
prospérité gelukken; lukken; slagen heil; succes; voorspoed; voorspoedigheid; welslagen; welstand; welvaart; welvarendheid; welzijn
réussite gelukken; lukken; slagen bestseller; hit; succes; voorspoedigheid; welslagen
succès gelukken; lukken; slagen bestseller; bestsellers; bijval; heil; hit; instemming; succes; successtukken; toppers; voorspoed; voorspoedigheid; welslagen; welzijn
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
avoir du succès slagen; succes hebben
parvenir slagen; succes hebben aflopen; bedingen; bewerkstelligen; eindigen; ejaculeren; fiksen; fixen; klaarkomen; klaarspelen; lappen; vergaan; verlopen; verstrijken; vervallen; voltooien; voor elkaar krijgen; voorbijgaan
réussir slagen; succes hebben aflopen; bedingen; bewerkstelligen; bloeien; fiksen; fixen; flikken; floreren; goed gaan; goed lopen; het goed maken; klaarspelen; lappen; slagen voor; tot hoogconjunctuur komen; vergaan; verlopen; verstrijken; vervallen; voor elkaar krijgen; voorbijgaan

Verwandte Wörter für "slagen":


Antonyme für "slagen":


Verwandte Definitionen für "slagen":

  1. goed lukken1
    • ik hoop maar dat het feest slaagt1
  2. het examen halen1
    • hij is geslaagd voor de havo1
  3. het met succes doen1
    • zij slaagde erin directeur te worden1

Wiktionary Übersetzungen für slagen:

slagen
verb
  1. joindre (deux choses) bout à bout.
  2. parvenir à destination. — note Sans complément, on sous-entend que la destination est le lieu où se tient le locuteur.
  3. Arriver à un point donné à la suite d’un déplacement. (Sens général)
  4. Avoir une bonne ou une mauvaise issue.

Cross Translation:
FromToVia
slagen envoyer nail — accomplish something completely and successfully
slagen réussir gelingen — etwas erfolgreich zu Ende bringen
slagen faire; réussir schaffen — etwas zu Ende bringen, bestehen, eine Aufgabe bewältigen

Verwandte Übersetzungen für slaag